6 Schoonmaken
Gebruik nooit schuursponzen, schurende schoonmaakmiddelen of
agressieve vloeistoffen zoals benzine of aceton om het apparaat
schoon te maken.
6.1 Het apparaat en de opzetborstel reinigen
Zorg ervoor dat het apparaat uitgeschakeld is voordat u het
gaat reinigen.
Reinig het apparaat en de opzetborstel grondig met water en milde
zeep na elk gebruik, om u te verzekeren van een optimale prestatie.
1
2
3
4
6.2 De adapter en de oplaadhouder reinigen
A
Houd de adapter altijd droog. Spoel de adapter nooit af onder de
kraan en dompel de adapter nooit in water.
1
2
3
22_100_2530_2_Booklet_Redesign_A6_v2.indd 73
Spoel het apparaat en de opzetborstel af onder de kraan met
warm water (max. 40 ºC) en milde zeep (fig. 11).
Verwijder de opzetborstel van het apparaat. (fig. 12)
Reinig de achterzijde van de opzetborstel en de aansluitpin
van het apparaat minstens eenmaal per week onder de
kraan (fig. 13).
Droog de opzetborstel en het apparaat met een handdoek.
Gevaar:
Zorg ervoor dat de adapter niet is aangesloten wanneer u deze
schoonmaakt. Veeg de adapter uitsluitend af met een droge doek.
Maak de oplaadhouder altijd los van de adapter voor u deze
schoonmaakt (fig. 14).
U kunt de oplaadhouder met een vochtige doek schoonmaken.
Droog de oplaadhouder voor u deze opnieuw op de adapter
aansluit (fig. 15).
73
15/05/15 12:14