geheugenplaats en bevestig de selectie met de toets <NAVIGATE> aan de radio. Op het display
verschijnt „Station x OK". De geheugenplaatsen kunt u comfortabel oproepen door de toets
<FAVORITE> aan de radio of <FAV> op de afstandsbediening even in te drukken. Gebruik de
toetsen <OMHOOG/OMLAAG> of de <NAVIGATE> regelaar voor de selectie van een zender en
druk op <OK> om te bevestigen.
Opmerking: De geheugenplaatsen kunnen niet gewist worden, er kan alleen met andere zenders
over geschreven worden. Opgeslagen zenders worden in het onderste gedeelte van het display door
een ster met bijbehorend geheugenplaatsnummer gemarkeerd.
7. Bluetooth audio
De BLUETOOTH-functie laat de draadloze overdracht van muziekbestanden (Audio Streaming) aan de
radio toe. Er kunnen smartphones, tablets of gelijkaardige apparaten gekoppeld worden. Selecteer
daarvoor in het hoofdmenu de bron „Bluetooth".
7.1 Eerste koppeling van Bluetooth-apparaten (Pairing)
Vergewis u ervan dat het te koppelen eindapparaat ingeschakeld en Bluetooth geactiveerd is. Selec-
teer in het hoofdmenu de bron „Bluetooth". Op het display verschijnt „Niet verbonden". Open nu
de Bluetooth-instellingen op het te koppelen eindapparaat en start daar het zoeken naar beschikbare
Bluetooth-apparaten. Selecteer „KENWOOD CR-ST80DAB" en start het koppelingsproces. Nadat
het Pairing voltooid werd, verschijnt op het display „Verbonden". Nu kan de muziekweergave via het
eindapparaat gestuurd worden. Gebruik daarvoor een muziek-app naar keuze.
De basisbediening van weergave/pauze en titelsprong is via de betreffende toetsen op de
afstandsbediening mogelijk.
Opmerking: Sommige eindapparaten vereisen bij de koppeling een PIN-code, voer dan „0000" in.
7.2 Automatische verbinding na reeds plaatsgevonden koppeling
Als van de bron „Bluetooth" omgeschakeld of de radio uitgeschakeld wordt, wordt de Blue-
tooth-verbinding verbroken. Wordt de radio weer ingeschakeld of wordt er terug naar de bron
„Bluetooth" omgeschakeld, dan wordt er een automatische verbinding tot stand gebracht.
7.3 Nog een ander eindapparaat koppelen
Gelieve, om nog een ander eindapparaat met de radio te koppelen, te drukken op de toets <MENU>
en „Niet verbonden" te selecteren. Daardoor wordt de actuele verbinding verbroken. Ga nu te werk
zoals bij de eerste koppeling van een eindapparaat. Er kunnen maximaal 8 apparaten opgeslagen
worden.
7.4 Onderbreken van de Bluetooth-verbinding
Wenst u de verbinding met een gekoppeld apparaat te onderbreken, gelieve dan 2 seconden lang
te drukken op de toets <BT PAIR> op de afstandsbediening. De radio schakelt dan weer om naar de
koppelingsmodus.
12