Houd het elektrische gereedschap en de ventilatie-
u
openingen altijd schoon om goed en veilig te werken.
Wanneer een vervanging van de aansluitkabel noodzakelijk
is, dan moet dit door Bosch of een geautoriseerde klanten-
service voor elektrische gereedschappen van Bosch worden
uitgevoerd om veiligheidsrisico's te vermijden.
Reinig de verschillende onderdelen van het fijnspuit-
u
systeem direct na elk gebruik grondig, vooral alle on-
derdelen die met verf in aanraking komen. Een deskun-
dige reiniging is een voorwaarde voor het perfecte en vei-
lige gebruik van het spuitpistool. Bij geen of verkeerde
reiniging kan geen garantie worden verleend.
Reiniging na gebruik van verf op waterbasis (zie
afbeelding M)
Reinig het spuitpistool en het reservoir voor het spuitmateri-
aal altijd met warm water.
Reinig de spuitkop- en luchtopeningen van het spuitpistool
nooit met scherpe voorwerpen.
– Schakel de basiseenheid (22) uit en verwijder de
luchtslang (20) van het spuitpistool (1).
– Maak het reservoir (7) van het spuitpistool (1) los.
Houd het reservoir (7) onder de stijgbuis (17) en druk op
de bedieningsschakelaar (5) van het spuitpistool, zodat
het spuitmateriaal terug kan lopen in het reservoir.
– Maak het reservoir (7) helemaal leeg.
Het spuitmateriaal kan voor verdere toepassingen in een
luchtdicht afgesloten verfreservoir worden bewaard. Ge-
bruik hiervoor bijv. het reservereservoir (8) met deksel of
het originele spuitmateriaalreservoir.
– Reinig het reservoir (7).
– Demonteer de stijgbuis (17) met reservoirafdichting (16)
en spoel deze goed af.
Bevestig de stijgbuis (17) met reservoirafdichting (16)
weer op het spuitpistool.
– Vul het reservoir (7) met warm water en bevestig het
weer aan het spuitpistool (1).
– Sluit de luchtslang (20) weer op het spuitpistool (1)aan.
– Spuit zolang tot alleen nog schoon water naar buiten
komt. Eventueel vult u het reservoir opnieuw met warm
water.
– Verwijder de luchtslang (20) zowel van de
basiseenheid (22) als van het spuitpistool (1).
– Reinig de basiseenheid eventueel met een bevochtigde
doek en verwijder daarna de basiseenheid (22) en de
luchtslang (20) uit de directe reinigingsomgeving.
– Demonteer de wartelmoer (3), de luchtkap (2), de ge-
bruikte spuitkop (10)/(11)/(12) en de stijgbuis (17) met
de reservoirafdichting (16).
– Reinig in een emmer met warm water alle met verf in aan-
raking komende onderdelen met de
reinigingsborstel (28) of een gewone afwasborstel. Rei-
nig ook het verfkanaal (19) van het spuitpistool (1).
– Controleer of de stijgbuis (17) met de
reservoirafdichting (16) vrij van spuitmateriaal en onbe-
schadigd is.
Bosch Power Tools
– Reinig de ontluchtingsopening (18) met de
reinigingsborstel (28).
– Reinig indien nodig de vulzeef (13) grondig met warm wa-
ter.
– Reinig de buitenkant van het reservoir (7) en het
spuitpistool (1)met een bevochtigde doek.
– Laat vóór de montage alle onderdelen grondig drogen.
– Monteer het fijnspuitsysteem weer in omgekeerde volgor-
de.
Schuif de reservoirafdichting (16) weer naar boven in de
groef van de stijgbuis (17).
Zorg ervoor dat de reservoirafdichting rondom precies in
de stijgbuisgroef is geplaatst, om het spuitpistool correct
af te dichten.
Let erop dat u de stijgbuis (17) weer tot aan de aanslag
op het verfkanaal (19) schuift.
Reiniging na gebruik van verf op oplosmiddelbasis (zie
afbeelding M)
Reinig het spuitpistool en het reservoir voor het spuitmateri-
aal altijd met het juiste verdunningsmiddel voor het gebruik-
te spuitmateriaal.
Reinig de spuitkop- en luchtopeningen van het spuitpistool
nooit met scherpe voorwerpen.
Draag bij reinigingswerkzaamheden met oplosmiddelen en
verf op oplosmiddelbasis geschikte handschoenen.
– Schakel de basiseenheid (22) uit en verwijder de
luchtslang (20) van het spuitpistool (1).
– Reinig de basiseenheid eventueel met een met verdun-
ningsmiddel bevochtigde doek en verwijder daarna de
basiseenheid (22) en de luchtslang (20) uit de directe
reinigingsomgeving.
– Maak het reservoir (7) van het spuitpistool (1) los.
Houd het reservoir (7) onder de stijgbuis (17) en druk op
de bedieningsschakelaar (5) van het spuitpistool, zodat
het spuitmateriaal terug kan lopen in het reservoir.
– Maak het reservoir (7) helemaal leeg.
Het spuitmateriaal kan voor verdere toepassingen in een
luchtdicht afgesloten verfreservoir worden bewaard. Ge-
bruik hiervoor bijv. het reservereservoir (8) met deksel of
het originele spuitmateriaalreservoir.
– Reinig het reservoir (7).
– Demonteer de stijgbuis (17) met reservoirafdichting (16)
en spoel deze goed af.
Bevestig de stijgbuis (17) met reservoirafdichting (16)
weer op het spuitpistool.
– Vul het reservoir (7) voor de helft met oplosmiddel en be-
vestig het weer aan het spuitpistool (1).
– Schud het spuitpistool meermaals.
Let er daarbij op dat u het verdunningsmiddel niet spuit.
Er bestaat explosiegevaar.
– Maak het reservoir (7) van het spuitpistool (1)los en
maak dit helemaal leeg in een afsluitbaar blik.
– Demonteer de wartelmoer (3), de luchtkap (2), de ge-
bruikte spuitkop (10)/(11)/(12) en de stijgbuis (17) met
de reservoirafdichting (16).
Nederlands | 79
1 609 92A 6SH | (10.06.2021)