Voorbereiding voor het meten
4. Herhaal de stappen 2 en 3 om de [MAAND] en de [DAG]
in te stellen.
5. Herhaal de stappen 2 en 3 om het [UUR] en de [MINU-
TEN] in te stellen.
6. Herhaal de stappen 2 en 3 om de positiecontrole in of uit te
schakelen. Wanneer u deze bevestigt, zoals beschreven in
stap 3, dan worden alle instellingen na elkaar weergegeven
op het display. Vervolgens wordt het apparaat uitge-scha-
keld.
NL
210