2.
Monteer de rubberen voetjes zoals
op de tekening weergegeven.
Luchtfilter monteren
1.
Verwijder de sluitstop uit de luchtin-
laat van de compressorkast. Bewaar
de afsluitstop voor later gebruik.
2.
Schroef de ingesloten luchtfilter (12)
op de luchtinlaat.
Condensaataflaat controleren
•
Waarborg dat de aftapschroef (13)
aan de condensaataftap gesloten is.
4.2
Netaansluiting
Gevaar! Elektrische spanning
B
Gebruik de machine uitsluitend
in een droge omgeving.
Sluit de machine enkel aan op een
stroombron die voldoet aan de onder-
staande voorwaarden:
de stopcontacten zijn reglemen-
tair geïnstalleerd, geaard en
goedgekeurd;
zekering conform de technische
gegevens;
Het snoer moet zo gelegd worden dat
de schaafwerkzaamheden niet
bemoeilijkt worden, en dat het snoer
niet beschadigd kan worden.
Controleer steeds of de machine uit-
geschakeld is, alvorens de stekker in
het stopcontact te steken.
Bescherm het snoer tegen hitte en
bijtende scheikundige (vloei)stoffen,
en zorg dat het snoer niet beschadigd
kan worden door scherpe voorwer-
pen.
Als verlengsnoer mag uitsluitend
gebruik gemaakt worden van een
snoer met voldoende doorsnede (zie
"Technische gegevens").
Schakel de compressor uit met de
hoofdschakelaar, en niet door de
netstekker uit het stopcontact te trek-
ken.
Na beëindiging van de werkzaamhe-
den trekt u de stekker uit het stopcon-
tact.
4.3
De perslucht genereren
1.
Schakel het apparaat in en wacht tot
de maximale keteldruk bereikt is (de
compressor schakelt uit) (14)
De keteldruk kunt u van de ketel-
drukmeter (15) aflezen.
12
15
2.
Stel de regeldruk in met de drukre-
gelaar (16). De huidige regeldruk
kunt u van de regeldrukmeter (17)
aflezen.
A
Oppassen!
13
De ingestelde regeldruk mag
de maximale bedrijfsdruk van het
aangesloten persluchtgereedschap
niet overschrijden!
3.
Sluit de persluchtslang aan op de
persluchtaansluiting (18).
Sluit het persluchtgereedschap aan.
4.
Nu kunt u met het persluchtgereed-
schap werken.
5.
Schakel het apparaat uit, wanneer u
niet onmiddellijk wenst verder te
werken. Trek vervolgens ook de
netstekker uit het stopcontact.
5. Service en onderhoud
Gevaar!
A
Alvorens u met werkzaamhe-
den aan het apparaat begint:
zet u het apparaat uit.
trekt u de stekker uit het stopcon-
tact.
14
16
18
17
NEDERLANDS
wacht u tot het apparaat stilstaat.
controleert u of het apparaat en
het gebruikte persluchtgereed-
schap en accessoires niet meer
onder druk staan.
Na beëindiging van alle werkzaamhe-
den aan het apparaat:
schakelt u alle veiligheidsvoorzie-
ningen weer in en controleert u
de werking ervan.
controleert u of alle gereedschap
of dergelijke van of uit de
machine verwijderd is.
Service en/of onderhoudswerkzaam-
heden die niet in dit hoofdstuk
beschreven staan mogen uitsluitend
door vaklui uitgevoerd worden.
5.1
Regelmatig onderhoud
Voordat u de machine inschakelt
•
Controleer de persluchtslangen op
beschadigingen, en vervang ze
indien nodig.
•
Controleer of de schroefverbindin-
gen vast zitten, en draai ze vast
indien nodig.
•
Controleer het aansluitsnoer op
beschadigingen, en laat het door
een elektromonteur vervangen
indien nodig.
Om de 50 uur
•
Controleer het luchtfilter (19) en
maak het schoon indien nodig.
19
•
Tap het condenswater af (20).
Om de 250 uur
•
Vervang het luchtfilter.
Bij vorstgevaar
A
Oppassen!
Vorst (< 4 °C) brengt onherstel-
bare schade aan het apparaat en de
toebehoren aan omdat deze altijd
water bevatten! Bij het risico van
vorst apparaat en accessoires
demonteren en vorstvrij opslaan.
20
15