installatie, goed bereikbare plaats. Heeft de kap geen stekker
(rechtstreekse verbinding met het net) of is deze, ook na de
installatie, niet goed te bereiken, dan moet er een tweepolige
schakelaar worden geplaatst die de volledige ontkoppeling
van het net garandeert in het geval van een overspanning van
klasse III, in overeenstemming met de installatie normen.
Attentie! Alvorens de afzuigkap weer aan het voedingsnet
aan te sluiten controleer eerst of deze goed werkt, controleer
daarom altijd of de voedingskabel goed is aangesloten.
Attentie! De voedingskabel moet door de bevoegde
technische assistentie dienst worden vervangen om ieder
risico te voorkomen.
Montage
De afzuigkap kan aan de wand of aan de onderkant van een
hangvakje bevestigd worden; gebruik de mal H, indien
bijgesloten, om op de juiste afstand de openingen te maken,
zo niet doe de afzuigkap tegen de wand of aan de onderkant
van het hangvakje en geef aan met een potlood de uit te
voeren openingen.
Bevestiging aan de wand - De sluitingsstukken J aan de
wand bevestigen in de uitgevoerde openingen en de twee
schroeven K in de bovenste openingen. Het rooster
verwijderen en de kap aan de 2 schroeven vastmaken,
tenslotte vanuit de binnenkant de derde schroef L invoeren en
alle schroeven aandraaien.
Bevestiging aan het hangvakje - De kap met 4 schroeven M
vanuit de binnenkant van het hangvakje bevestigen.
Werking
De kap is voorzien van een bedieningspaneel met een
schakelaar voor de snelheid van afzuiging en een schakelaar
voor de verlichting van het fornuis.
Altijd de dampverzamelaars N* openen.
Indien het product voorzien is van een elektrisch of
mechanisch geactiveerde klep, dienen de aanwezige knoppen
en/of toetsen en/of hendels voor de bediening van de lichten
en voor de opening en sluiting van de klep.
Onderhoud
Schoonmaak
Gebruik voor het reinigen UITSLUITEND een doek die u
vochtig
maakt
met
reinigingsmiddel. GEBRUIK GEEN GEREEDSCHAPPEN OF
INSTRUMENTEN OM TE REINIGEN! Gebruik geen
producten die schuurmiddelen bevatten. GEEN ALCOHOL
GEBRUIKEN!
Vetfilter
Houdt de vetdeeltjes vast.
Indien binnen een steunrooster geplaatst dan kan deze
een van de volgende types zijn:
papieren filter deze moet een keer in de maand vervangen
worden of wanneer de bovenkant ervan van kleur verandert,
als de kleur uit het rooster zichtbaar is.
een
beetje
neutraal
metalen filter deze moet een keer in de maand gereinigd
worden met niet agressieve schoonmaakmiddelen, met de
hand of in de vaatwasmachine met lage wastemperatuur en
een korte wascyclus. Door hem in de vaatwasmachine te
wassen kan het metalen vetfilter ontkleuren, maar dit is niet
van invloed op de eigenschappen, die beslist niet veranderen.
Om de vetfilter te bereiken het rooster openen door middel
van de haken P en uit de sluitingen R1 of R2 verwijderen.
Het zelfdragende metalen vetfilter heeft geen steunrooster,
om het filter te verwijderen de sluitingsveren P4 naar achteren
trekken en het filter naar beneden toe verwijderen.
Koolstoffilter (alleen voor filterend apparaat)
Houdt de lastige kookgeuren vast.
De verzadiging van de koolstoffilter vindt plaats na een min
of meer langdurig gebruik en hangt af van de manier waarop
wordt gekook en de regelmaat waarmee de vetfilter wordt
gewassen. In ieder geval moet de filter minstens om de 4
maanden vervangen worden.
Het kan NIET gewassen of opnieuw gebruikt worden
De filter kan van de volgende types zijn:
Rechthoekig S1 of S2 of S3:
Montage (S1 of S2): de achterzijde T invoeren en aan de
voorkant (U) vastmaken.
Montage (S3): De deksel W verwijderen door de knoppen O
90° te draaien.
Het koolstofmatje in de daarvoor bestemde ruimte plaatsen en
bevestigen door de knop O 90° te draaien, de deksel sluiten.
Voor de demontage in de tegengestelde volgorde
handelen.
Rond (V1-V2-V3- verschillende modellen):
Bajonetsluiting in het midden plaatsen ter bedekking van het
rooster dat dient als bescherming van de motor, zorgen dat de
verwijspunten X1 of X2 of X3 op de koolstoffilter
overeenkomen met de punten Y1 of Y2 op de leiding, daarna
met de klok meedraaien; in geval van demontage in de
tegengestelde richting draaien, indien van lipje Z voorzien dit
van te voren lichtjes omhoog doen.
Vervanging lampjes
Sluit de stroom af.
Attentie! Alvorens de lampjes aan te raken controleer eerst of
ze koud zijn.
Vervang het beschadigde lampje met een lampje van
hetzelfde soort zoals aangegeven op het typeplaatje of op het
apparaat zelf in de buurt van het lampje.
vloeibaar
Vervang het kapotte lampje.
Gebruik alleen halogeen kaarslampjes E14 28W, Ø35mm.
Als de verlichting niet werkt, controleer dan of de lampjes
goed op hun plaats zitten alvorens de assistentiedienst te
bellen.
20