Deze handleiding dient te worden vertaald door de doorverkoper in de taal van het land waar de uitrusting wordt gebruikt, tenzij de vertaling wordt
geleverd door de fabrikant.
Voor uw veiligheid dient u de gebruiksinstructies, controle-instructies en instructies voor onderhoud en opslag strikt in acht te nemen.
De maatschappij KRATOS SAFETY kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor elk direct of indirect ongeluk dat zich voordoet als gevolg van
een gebruik anders dan het gebruik bedoeld in deze handleiding, gebruik deze uitrusting niet buiten haar grenzen!
GEBRUIKSAANWIJZING EN VOORZORGSMAATREGELEN: Het KRATOS SAFETY verankeringspunt is conform de voorschriften van de
Europese norm EN795:2012 (verankeringspunt - Type A), het is bedoeld om bevestigd te worden op een verticale opvangstructuur (bij voorkeur uit
metaal) om de PBM te bevestigen tegen het vallen van personen bij werken op hoogte met een bevestiging (EN362).
personen tegelijk worden gebruikt.
De minimale weerstand tegen de axiale trekkracht moet 11 kN zijn.
Het verankeringspunt FA 60 014 00 is uitgerust met een geïntegreerde schroefhaak met een diameter van 12 mm, om de bevestiging ervan op de
opvangstructuur mogelijk te maken. Het wordt geleverd met de bevestigingsmiddelen (veiligheidsmoer-rondel); het is essentieel omwille van
veiligheidsredenen deze onderdelen te gebruiken of ze te vervangen door identieke onderdelen (op alle vlakken).
Het verankeringspunt FA 60 014 01 wordt zonder schroeven geleverd.
Het verankeringspunt kan niet omhoog/omlaag.
Fig. 1
Plaats
De plaats van het verankeringspunt moet zo gekozen worden dat het in een veiligheidssituatie verbonden/losgemaakt kan worden.
Bij de plaatsing moet rekening gehouden worden met:
- de nodige doorrijhoogte voor het beveiligingssysteem, verbonden met de bevestigingsplaat,
- het risico met betrekking tot het schommeleffect bij vallen,
- de valfactor.
Let erop dat de kracht bij een val toegepast wordt in de richting, aangeduid op figuur 2. Er mag niet aan
getrokken/gebogen worden op de centrale as.
Installatie
FA 60 014 00: Maak een gat met een diameter van 13 mm in de opvangstructuur, maak het
verankeringspunt vast op de structuur met de geleverde schroeven (rondel en een beveiligingsmoer
- borgplaat).
FA 60 014 01: Boor een gat met een diameter van 13 mm in de ontvangende structuur, maak het
verankeringspunt vast op de ontvangende structuur met de aanbevolen bevestigingselementen, afhankelijk van het materiaal van de structuur:
- stalen structuur: bevestiging met een stalen M12-bout van klasse 8.8 met een sluitring en borgplaat (niet meegeleverd), in een doorlopend gat met een
diameter van 13 mm,
- betonnen structuur (muur, plafond, dak): bevestiging door middel van een chemisch anker M12 (niet meegeleverd) - houd u strikt aan de voorschriften
van de fabrikant van het chemisch anker (Fischer/Würth/Hilti) voor de installatie van het verankeringspunt.
De totale vlakke oppervlakte van het verankeringspunt moet in contact staan met de opvangstructuur (cf. figuur 3).
In ieder geval is het aangeraden om iedere structurele verankering (bevestiging), zodra deze in het betrokken materiaal geplaatst is, bloot te stellen aan
een axiale trekkracht van 5 kN, om de stevigheid van de bevestiging te testen. De structurele verankering moet de kracht kunnen verdragen gedurende
minimum 15 seconden.
De verbindingen tussen het verankeringsblokje en het valbeveiligingssysteem gebeuren door middel van een verbinding (EN362). Tijdens het gebruik
moet u regelmatig de goede sluiting van de connector controleren.
Plaats de verankering zo dat het valstopsysteem boven de gebruiker staat. Controleer of de algemene positie een schommelende beweging in geval van
een val beperkt en of het werk wordt uitgevoerd op een manier die het risico op en de hoogte van een val beperkt. Om veiligheidsredenen en voor elk
gebruik, controleren of in het geval van een val, er geen obstakel is dat de normale werking van het systeem tegengaat, bevestigd op het verankeringspunt.
De veiligheid van de gebruiker hangt af van de constante werkzaamheid van de uitrusting en van het goede begrip van de instructies in deze
gebruikershandleiding.
Let op voor de risico's die de prestaties van uw apparatuur, en dus de veiligheid van de gebruiker, kunnen verminderen, als ze blootgesteld wordt aan
extreme temperaturen (< -30°C of > 50°C), bij langdurige blootstelling aan klimaatomstandigheden (UV, vocht), aan chemische stoffen, aan elektrische
spanning, aan de torsies die teweeggebracht worden in het valbeveiligingssysteem tijdens het gebruik, aan scherpe randen, aan wrijvingen of snijden,
De leesbaarheid van het merkteken van het product moet regelmatig worden gecontroleerd.
We raden u aan om voor en tijdens elk gebruik de benodigde maatregelen te nemen voor een eventuele redding in alle veiligheid.
Deze uitrusting dient alleen te worden gebruikt door opgeleide, bekwame personen in goede gezondheid of onder supervisie van een opgeleide en
bekwame persoon. Let op! Bepaalde medische condities kunnen de veiligheid van de gebruiker beïnvloeden. Neem in geval van twijfel contact op met
uw arts.
Fig. 2
13
NL
De veiligheidslijn kan door 4
Fig. 3