d. de deurrubbers in goede staat zijn.
e. het apparaat goed gepositioneerd is.
f. het apparaat niet te vol is.
g. u geen warm of heet voedsel in het apparaat opslaat.
2. Wanneer de omgevingstemperatuur zeer hoog is, is het raadzaam om de
thermostaat in te stellen op een koudere instelling indien dat nodig is. Als de
koudere instelling sterke vorming van ingelegde ijs veroorzaakt, selecteer aub
een lagere instelling.
3. Hoge omgevingstemperaturen en gelijktijdig werken op de koudste stand kan de
compressor permanent laten werken om de temperatuur in het apparaat
constant te houden.
4. Ontdooi het apparaat regelmatig daar ingelegde ijs de kracht zal verminderen en
daarmee het energieverbruik van het apparaat zal vermeerderen.
4.3 Handige tips/energiebesparing
Bekleed de lades niet met aluminiumfolie, vetvrij papier of papierlagen; anders
wordt een optimale circulatie van de koude lucht belemmerd, zodat het apparaat
niet optimaal kan werken.
Gekookt voedsel kan worden opgeslagen in het apparaat. Laat het afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u het in het apparaat opslaat.
Bewaar uw voedsel in kleurloos, luchtdichte en smaakloos materiaal.
Sommige voedingsmiddelen zoals vlees, vis, etc. kunnen uitdrogen en een sterke
geur laten. U kunt dit voorkomen door ze om te wikkelen in aluminiumfolie,
plasticfolie of door ze in een luchtdichte zak of container te zetten.
Laat voldoende opslagruimte voor uw voedsel. Zet niet te veel in uw apparaat.
Verpak uw voedsel in plastic folie of geschikte papier en leg elk soort voedsel
1
Diepvriesvoeding
2
Kant-en-klaar-maaltijden,
bakkerswaren, zuivelproducten
3
Vlees, worst
4
Fruit, groenten
5
Drankjes
6
Boter, kaas, eieren
59