Controle van de temperatuur in het koudste gebied
Nadat de temperatuurindicator is geïnstalleerd, kunt u regelmatig
controleren of de temperatuur van de koudste ruimte correct is. Pas indien
nodig de thermostaat overeenkomstig aan zoals hierboven beschreven.
De binnentemperatuur van de koelkast wordt beïnvloed door verschillende
factoren, zoals de omgevingstemperatuur van de kamer, de hoeveelheid
voedsel die wordt bewaard en hoe vaak de deur wordt geopend. Houd bij
het instellen van de temperatuur rekening met deze factoren.
Voor de juiste bewaring van voedsel in uw koelkast en in het bijzonder in
de koudste omgeving, moet u ervoor zorgen dat de temperatuurindicator
"OK" aangeeft.
Als "OK" niet verschijnt, betekent dit dat de temperatuur te hoog is.
Zet de thermostaat op een hogere stand. Wacht minimaal 12 uur voordat u
de thermostaat opnieuw instelt. Na het plaatsen van vers voedsel in het
apparaat of na herhaaldelijk openen (of langdurig openen) van de deur, is het
normaal dat het opschrift "OK" niet verschijnt in de temperatuurindicator.
VOEDSELOPSLAG
Hoe gebruik je het vriesvak?
•
Plaats verse etenswaren zoals vis, vlees in het vriesvak om hun smaak
en voedingsstoffen te behouden.
Verpak voedsel dat moet worden ingevroren in aluminiumfolie of in
luchtdichte plastic dozen.
Plaats geen vers voedsel in direct contact met ander reeds ingevroren
voedsel.
Als u diepvriesproducten koopt, bewaar deze dan zo snel mogelijk in
het vriesvak.
Een ontdooid product nooit opnieuw invriezen.
Hoe het koelgedeelte gebruiken?
•
Eieren en flessen moeten in de daarvoor bestemde ruimtes worden
geplaatst. Groenten en fruit moeten in de groentelade worden gedaan.
De potten moeten in de planken van de koelkastdeur worden
geplaatst. Andere levensmiddelen die aan bederf onderhevig zijn of die
in de koelkast een vieze geur kunnen afgeven, moeten apart worden
verpakt.
OK
NL-20