Gebruik van een andere accu kan een risico
op verwondingen en brand veroorzaken.
c) Wanneer de accu niet in gebruik is, houd
het dan uit de buurt van metalen objec-
ten, zoals paperclips, munten, sleutels,
spijkers, schroeven of kleine metalen
objecten die het ene contactpunt met
het andere kunnen verbinden. Kortsluiten
van de accupolen kan tot brandwonden of
brand leiden.
d) Bij verkeerd gebruik kan er vloeistof
uit de batterij komen; voorkom contact
met deze vloeistof. Als er per ongeluk
toch contact ontstaat, dan afspoelen
met water. Raadpleeg ook een arts in-
dien de vloeistof in contact met de ogen
komt. Vloeistof uit de batterij kan irritatie of
brandwonden veroorzaken.
6 SERVICE
a) Laat uw elektrisch gereedschap onder-
houden door een gekwalificeerde per-
soon die uitsluitend gebruik maakt van
originrele reservedelen. Hierdoor is de
veiligheid van uw elektrisch gereedschap
gewaarborgd.
b) Reparareer beschadigde accu's nooit.
Reparaties aan batterijen/accu's mogen
alleen door de fabrikant of geautoriseerde
serviceleveranciers worden uitgevoerd.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
OVER RISICO'S VANWEGE TRILLINGEN
a) De gegeven trillingsgegevens vertegen-
woordigen de belangrijkste toepassin-
gen van het gereedschap, maar ander
gebruik van het gereedschap of slecht
onderhoud kunnen resulteren in andere
trillingsgegevens. Hierdoor kan het tril-
lingsniveau significant toenemen gedurende
de gehele werkperiode.
b) Er moeten aanvullende veiligheidsmaat-
regelen worden genomen om de gebrui-
ker te beschermen tegen de gevolgen van
trillingen. Onderhoud het gereedschap en
de accessoires, houd de handen warm en
organiseer de werkpatronen en perioden.
52
NL
AANVULLENDE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
VOOR DE ACCU-SCHROEFBOORMACHINE
a) Houd het elektrische gereedschap vast
aan de geïsoleerde greepoppervlakken
bij het uitvoeren van een bewerking
waarbij het snijdaccessoire of beves-
tigingsmiddel in contact kan komen
met verborgen bedrading. Wanneer het
snijdaccessoire of het bevestigingsmiddel
in contact komt met een kabel die onder
spanning staat, kunnen blootliggende meta-
len onderdelen van het elektrische gereed-
schap onder spanning komen te staan; dit
kan tot elektrische schokken leiden.
b) Zet het werkstuk goed vast. Een werk-
stuk dat is vastgezet met klemmen of een
bankschroef wordt steviger vastgehouden
dan met de hand.
c) Neem beschermingsmaatregelen wan-
neer er bij het werk stof kan ontstaan
die schadelijk voor de gezondheid,
brandbaar of explosief is. Voorbeeld:
sommige soorten typen worden beschouwd
als kankerverwekkend. Draag een stofmas-
ker en werk met stof/spaanderafzuiging in-
dien mogelijk.
d) Zet de schakelaar voor de draairichting
op de middenpositie alvorens werk-
zaamheden aan de machine uit te voe-
ren (bijv. onderhoud, vervangen van
werktuigen, etc.) en tijdens transport
en opslag. Onopzettelijk indrukken van de
aan/uit-schakelaar kan tot verwondingen
leiden.
e) Houd de machine stevig vast. Er kan kort
een sterke reactietorsie optreden bij het
vast- en losdraaien van schroeven.
f) Zet het elektrische gereedschap direct
uit wanneer het geplaatste werktuig
vastloopt. Houd rekening met een sterke
reactietorsie die tot een terugslag kan
leiden. Het werktuig loopt vast wanneer:
- het gereedschap wordt overbelast of
- het bekneld raakt in het werkstuk.
g) Gebruik een metaaldetector om te bepa-
len of er zich verborgen gas- of water-
leidingen in het werkgebied bevinden of
neem contact op het energiebedrijf voor
hulp alvorens u begint met de werk-
zaamheden. Het raken of opensnijden van
een gasleiding resulteert in een explosie.
Water dat in een elektrisch apparaat komt,
kan tot elektrocutie leiden.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR DE
BATTERIJ
Gebruik nooit een beschadigde batterij.
Open de batterij niet. Er is gevaar
1.
voor kortsluiting.
Bescherm de batterij tegen hitte,
2.
bijvoorbeeld van continue bloot-
stelling aan zonlicht, vuur, water en
vochtigheid. Er is ontploffingsge-
vaar.
Bij schade en incorrect gebruik van
3.
de batterij kunnen er dampen vrij-
komen. Ventileer de ruimte en zoek
medische hulp in het geval van
klachten. De dampen kunnen de
luchtwegen irriteren.
Bij verkeerd gebruik kan er vloeistof
4.
uit de batterij komen; voorkom con-
tact met deze vloeistof. Als er per
ongeluk toch contact ontstaat, dan
afspoelen met water. Raadpleeg
ook een arts indien de vloeistof in
contact met de ogen komt. Vloeistof
uit de batterij kan irritatie of brand-
wonden veroorzaken.
Gebruik alleen originele batterijen
5.
met het aangegeven voltage op
het typeplaatje van uw elektrische
gereedschap. Indien andere batte-
rijen worden gebruikt, bijvoorbeeld
imitaties, gereviseerd batterijen of
producten van derden, bestaat het
risico van letsel en schade door ont-
ploffende batterijen.
De batterijspanning moet overeen-
6.
komen met batterijlaadspanning
van de oplader. Anders ontstaat er
risico van brand en explosie.
Alleen opladen met de oplader van
7.
de fabrikant. Een oplader die ge-
schikt is voor één type batterijpack
(accu) kan een brandrisico veroor-
zaken in combinatie met een an-
dere accu.
Puntige voorwerpen, zoals spijkers
8.
of schroevendraaiers of externe
krachten, kunnen de accu bescha-
digen. Dit kan een interne kortslui-
ting veroorzaken en de batterij kan
gaan branden, roken, ontploffen of
oververhit raken.
Houd de batterij indien deze niet in
9.
gebruik is uit de buurt van paper-
clips, munten, sleutels, spijkers,
schroeven of andere kleine metalen
voorwerpen die kortsluiting bij de
contactpunten kunnen veroorzaken.
Gebruike batterijen/accu's moeten
10.
veilig en correct worden afgevoerd.
NL
53