Evco SMALL X Instructions page 49

Evco S.p.A. • Code 104X201D314 • pag. 5/8
12 SETPOINT EN CONFIGURATIEPARAMETERS
12.1 Setpoint
MIN. MAX. U. M. EVX201
r1 r2 °C/°F (1) 2.0
12.2 Configuratieparameters
PAR. MIN. MAX. U. M. EVX201
°C/°F (1)
SP r1 r2 2.0
PAR. MIN. MAX. U. M. EVX201
CA1 -25.0 25.0 °C/°F (1) 0.0
CA2 -25.0 25.0 °C/°F (1) niet besc.
CA3 -25.0 25.0 °C/°F (1) niet besc. niet besc.
P1 0 1 - - - - 1
P2 0 1 - - - - 0
P3 0 2 - - - - niet besc.
P4 0 1 - - - - niet besc. niet besc.
P8 0 250 ds 5
PAR. MIN. MAX. U. M. EVX201
°C/°F (1)
r0 0.1 15.0 2.0
r1 -99.0 r2 °C/°F (1) -50.0
r2 r1 99.0 °C/°F (1) 50.0
r3 0 1 - - - - 0
°C/°F (1)
r 4 0.0 99.0 niet besc.
°C/°F (1)
r 5 0.0 99.0 0.0
r 6 0 240 min 3 0
°C/°F (1)
r 7 0.0 99.0 niet besc.
PAR. MIN. MAX. U. M. EVX201
C0 0 240 min 0
C1 0 240 min 5
C2 0 240 min 3
C3 0 240 s 0
C4 0 240 min 10
C5 0 240 min 10
C6 0.0 199.0 °C/°F (1) niet besc. niet besc.
199.0 °C/°F (1)
C7 0.0 niet besc. niet besc.
C8 0 1 5 min niet besc. niet besc.
C10 0 9999 h niet besc.
PAR. MIN. MAX. U. M. EVX201
d0 0 99 h 8
d1 0 2 - - - - niet besc.
d2 -99.0 99.0 °C/°F (1) niet besc.
d3 0 9 9 min 3 0
d4 0 1 - - - - 0
d5 0 99 min 0
d6 0 1 - - - - 1
d7 0 1 5 min niet besc.
d8 0 4 - - - - 0
d9 -99.0 99.0 °C/°F (1) niet besc.
d11 0 1 - - - - niet besc.
d15 0 9 9 min niet besc.
d16 0 9 9 min niet besc.
EVX203 EVX204/5 EVX214/5 SETPOINT
-2.0 -18.0 -18.0 setpoint, zie ook r0
EVX203 EVX204/5 EVX214/5 SETPOINT
-2.0 -18.0 -18.0 setpoint, zie ook r0
EVX203 EVX204/5 EVX214/5 MEETINGANGEN
0.0 0.0 0.0 offset sonde cel
0.0 0.0 0.0 offset sonde verdamper
0.0 0.0 offset sonde condensator
1 1 1 punt decimaal graden Celsius (voor de grootheid die tijdens de normale functionering weergegeven wordt)
1 = JA
0 0 0 temperatuur meeteenheid (2)
0 = °C
1 = °F
1 1 1 functie sonde verdamper
0 = geen sonde
1 = sonde ontdooien en sonde voor de thermostatering van de ventilator van de verdamper
2 = sonde voor de thermostatering van de ventilator van de verdamper
1 1 activering sonde condensator
1 = JA
5 5 5 vertraging weergave temperatuurvariaties gemeten door de sonde
EVX203 EVX204/5 EVX214/5 HOOFDREGELAAR
2.0 2.0 2.0 setpoint differentieel
-50.0 -50.0 -50.0 minimum setpoint
50.0 50.0 50.0 maximum setpoint
0 0 0 het wijzigen van het setpoint is geblokkeerd (met de procedure beschreven in paragraaf 5.2)
1 = JA
0.0 0.0 0.0 temperatuurtoename tijdens de Energy Saving functie, zie i5, i10 HE1 en HE2
0.0 0.0 0.0 temperatuurafname tijdens de Overcooling functie, zie r6
3 0 3 0 3 0 duur Overcooling functie: zie r5
10.0 10.0 10.0 minimum verschil "temperatuur in de cel - setpoint" (bij de inschakeling van het instrument) waardoor de waarde van de verdamper
uitgesloten wordt en niet langer deel uitmaakt van de waarden die voor het berekenen van het relatieve gemiddelde gebruikt worden (voor
de activering van het ontdooien, uitsluitend als d8 = 3), zie d17 (3)
EVX203 EVX204/5 EVX214/5 BEVEILIGINGEN VAN DE COMPRESSOR
0 0 0 vertraagde inschakeling compressor na de inschakeling van het instrument (3)
5 5 5 minimum tijd tussen twee inschakelingen achtereen van de compressor; ook vertraagde inschakeling compressor nadat de storing sonde
cel (code "Pr1") verholpen is (4) (5)
3 3 3 minimum duur uitschakeling compressor (4)
0 0 0 minimum duur inschakeling compressor
10 10 10 duur uitschakeling compressor tijdens storing sonde cel (code "Pr1"); zie C5
10 10 10 duur inschakeling compressor tijdens storing sonde cel (code "Pr1"); zie C4
80.0 80.0 temperatuur condensator hoger dan de temperatuur waarvoor het alarm condensator oververhit (code "COH") geactiveerd wordt (6)
90.0 90.0 temperatuur condensator hoger dan de temperatuur waarvoor het alarm condensator geblokkeerd (code "CSd") geactiveerd wordt
1 1 vertraging alarm compressor geblokkeerd (code "CSd") (7)
0 0 0 aantal uren functionering van de compressor waarna de signalering onderhoud vereist geactiveerd wordt
0 = geen functie
EVX203 EVX204/5 EVX214/5 ONTDOOIEN
8 8 8 als d8 = 0, 1 of 2, interval ontdooien (8)
0 = het ontdooien met intervallen wordt nooit geactiveerd
als d8 = 3, maximum interval ontdooien
0 0 0 soort ontdooien
0 = ELEKTRISCH - tijdens het ontdooien is de compressor uitgeschakeld en wordt de uitgang ontdooien geactiveerd. De parameter F2
bepaalt of de ventilator van de condensator geactiveerd wordt
1 = MET WARM GAS - tijdens het ontdooien is de compressor ingeschakeld en wordt de uitgang ontdooien geactiveerd. De parameter F2
bepaalt of de ventilator van de condensator geactiveerd wordt
2 = BIJ STILSTAANDE COMPRESSOR - tijdens het ontdooien is de compressor uitgeschakeld en wordt de uitgang ontdooien niet geactiveerd.
De parameter F2 bepaalt of de ventilator van de condensator geactiveerd wordt
2.0 2.0 2.0 temperatuur einde ontdooien (uitsluitend als P3 = 1), zie d3
3 0 3 0 3 0 als P3 = 0 of 2, duur ontdooien
als P3 = 1, maximum duur ontdooien, zie d2
0 = het ontdooien wordt nooit geactiveerd
0 0 0 ontdooien bij inschakeling instrument (uitsluitend als d8 = 0, 1, 2 of 3) (3)
1 = JA
0 0 0 als d4 = 0, minimum tijd tussen de inschakeling van het instrument en de activering van het ontdooien, zie i5 (3)
als d4 = 1, vertraagde activering ontdooien na de inschakeling van het instrument, zie i5 (3)
1 1 1 weergegeven temperatuur tijdens het ontdooien
0 = temperatuur in de cel
1 = als tijdens het activeren van het ontdooien de temperatuur in de cel lager dan het "setpoint + r0" is, op zijn hoogst het "setpoint + r0";
als tijdens de activering van het ontdooien de temperatuur in de cel hoger dan het "setpoint + r0" is, op zijn hoogst de temperatuur
in de cel op het moment dat het ontdooien geactiveerd wordt (9)
2 2 2 duur druppelen (tijdens het druppelen is de compressor uitgeschakeld en wordt de uitgang ontdooien niet geactiveerd. Als d16 = 0, bepaalt de
parameter F2 of de ventilator van de verdamper geactiveerd wordt; als d16 ≠ 0, zal de ventilator van de verdamper niet ingeschakeld worden)
0 0 0 ontdooien activeringswijze
0 = INTERVAL - het ontdooien wordt geactiveerd als het instrument de tijd d0 ingeschakeld is
1 = INTERVAL - het ontdooien wordt geactiveerd als de compressor de tijd d0 geactiveerd is
2 = INTERVAL - het ontdooien wordt geactiveerd als de temperatuur van de verdamper de tijd d0 onder de temperatuur d9 gebleven is
(uitsluitend zichtbaar in het geval van EVX203, EVX204, EVX214, EVX205 en EVX215) (10)
3 = ADAPTIEF - het ontdooien wordt geactiveerd als een van de volgende situaties zich voordoet (uitsluitend zichtbaar in het geval van
EVX203, EVX204, EVX214, EVX205 en EVX215, zie d0): (10)
- voorwaarde 1: de temperatuur van de verdamper is lager dan de temperatuur d22 en de compressor is de tijd d18 geactiveerd
- voorwaarde 2: de temperatuur van de verdamper daalt onder de temperatuur d19
4 = REËLE TIJD - het ontdooien wordt opgestart op de tijdstippen bepaald met de parameter Hd1... Hd6 (uitsluitend zichtbaar in het geval
van EVX214 en EVX215)
0.0 0.0 0.0 temperatuur verdamper hoger dan de temperatuur waarbij het tellen van de interval ontdooien onderbroken wordt (uitsluitend als d8 = 2)
0 0 0 activering alarm ontdooien voltooid omdat de maximum tijd verstreken is (code "dFd"; uitsluitend als P3 = 1 en als er geen sprake is van
de storing sonde verdamper (code "Pr2")
1 = JA
0 0 0 minimum duur inschakeling compressor bij de activering van het ontdooien zodat deze geactiveerd kan worden (uitsluitend als d1 = 1) (11)
0 0 0 duur voordruppelen (tijdens het voordruppelen is de compressor uitgeschakeld, wordt de uitgang ontdooien geactiveerd en zal de
ventilator van de verdamper niet ingeschakeld worden)