Andere apparatuur van JVC bedienen
Met de afstandsbediening van deze receiver kunnen ook andere audio- en beeldapparaten van JVC worden bediend omdat
de signalen die voor het bedienen van andere JVC-apparaten nodig zijn standaard in de afstandsbediening zijn ingebouwd.
Geluidsapparatuur bedienen
BELANGRIJK:
Om geluidsapparatuur van JVC met deze afstandsbediening te
kunnen bedienen:
• Moet u de geluidsapparatuur van JVC niet alleen aansluiten op de
COMPU LINK (SYNCHRO)-uitgangen (zie bladzijde 43) maar
ook gebruik maken van kabels met RCA-pinstekers (zie
bladzijden 11 tot 13).
• Moet u de afstandsbediening rechtstreeks op de
afstandsbedieningssensor van de ontvanger richten.
• Als u de toetsen op het bedieningspaneel aan de voorzijde of de
menufuncties gebruikt om een afspeelbron te selecteren, kunt u het
desbetreffende apparaat niet met de afstandsbediening bedienen.
Als u een afspeelbron met de afstandsbediening wilt bedienen,
moet u het desbetreffende apparaat met behulp van de
afstandsbediening selecteren.
• U moet indien nodig de juiste naam voor de bron instellen om de
betreffende bron met het COMPU LINK afstandsbedienings-
systeem te kunnen bedienen. (Zie bladzijde 21).
• Raadpleeg ook de handleiding van het apparaat dat u met de
afstandsbediening wilt bedienen.
Voor de RX-8032VSL:
• De afstandsbedieningsfunctie wordt ongeveer 2
uren op het displayvenster getoond indien u op
een van de bronkeuzetoetsen drukt.
Toets
FM/AM
CD
CDR
PHONO
TAPE/MD
CONTROL (herhaaldelijk)*
SOUND
* Door herhaaldelijk op CONTROL te drukken, kunt u "VCR 1",
"TAPE", "CDR" of "CDDSC" als bron kiezen.
• De afstandsbedieningsfunctie wordt ongeveer 2 uren op het
displayvenster getoond indien u op een van de volgende
toetsen drukt.
Toets
FRONT•L
FRONT•R
CENTER
SURR•L
SURR•R
SURR BACK
SUBWOOFER
DIGITAL EQ
Tuner
In elk situatie is het mogelijk de volgende handelingen te verrichten:
FM/AM:
Hiermee schakelt u heen en weer tussen FM en AM
(MG).
44
RX-8032V
ONLY
Tekst op de display
TUNER
CD
CDR
PHONO
TAPE
VCR 1
TAPE
CDDSC
CDR
SOUND
Tekst op de display
FRL
FRR
CTR
SURRL
SURRR
SBK
S-WFR
EQ
Na een druk op de toets FM/AM kunt u de volgende bedieningen
voor de tuner uitvoeren:
1 – 10/0, +10:
Met deze cijfertoetsen kunt u een voorkeurzender
selecteren.
Druk voor kanaalnummer 5 op de toets met het cijfer
5.
Druk voor kanaalnummer 15 op +10 en daarna op 5.
Druk voor kanaalnummer 20 op +10 en daarna op
10/0.
PTY SEARCH:
Hiermee kunt u met een PTY-code naar een
radioprogramma laten zoeken.
PTY9/(PTY:
Hiermee selecteert u een PTY-code.
DISPLAY MODE: Hiermee toont u de RDS-signalen.
TA/NEWS/INFO: Instellen van programmas voor de Enhanced Other
Networks-functie. (TA, NEWS, INFO).
FM MODE:
Hiermee wijzigt u de FM-ontvangstmodus.
Bediening van het geluid (Versterker)
In elk situatie is het mogelijk de volgende handelingen te verrichten:
SURROUND:
DSP:
SURR/DSP OFF:
Nadat u op de toets SOUND hebt gedrukt, kunt u de volgende handelingen
verrichten:
FRONT•L en dan LEVEL +/–: Instellen van het uitgangsniveau voor de
FRONT•R en dan LEVEL +/–: Instellen van het uitgangsniveau voor de
CENTER en dan LEVEL +/–: Instellen van het uitgangsniveau voor de
SURR•L en dan LEVEL +/–:
SURR•R en dan LEVEL +/–:
SURR BACK en dan LEVEL +/–:
SUBWOOFER en dan LEVEL +/–:
DIGITAL EQ en dan LEVEL+/–: Kiezen van de frequentiebanden van het
TEST:
BASS BOOST:
Opmerking:
Druk nadat u het geluid hebt aangepast op de toets voor het selecteren
van een afspeelbron of druk om de geselecteerde bron met de 10
cijfertoetsen van de afstandsbediening te kunnen bedienen. Als u dit
niet doet, kunt u de afspeelbron niet met de 10 cijfertoetsen bedienen.
CD-speler
Nadat u op de toets CD hebt gedrukt, kunt u de volgende
handelingen verrichten met een CD-speler:
3:
Hiermee start u het afspelen.
4:
Hiermee gaat u naar het begin van de huidige (of vorige)
track.
¢:
Hiermee gaat u naar het begin van de volgende track.
7:
Hiermee stopt u het afspelen.
8:
Hiermee onderbreekt u het afspelen. Druk op de toets 3.
1 – 10/0, +10: Met deze cijfertoetsen kunt u een track selecteren.
Druk voor track 5 op de toets met het cijfer 5.
Druk voor track 15 op +10 en daarna op 5.
Druk voor track 20 op +10 en daarna op 10/0.
Druk voor track 30 op +10, daarna op +10 en tot slot op
10/0.
Activeren en kiezen van Surroundmodi.
Activeren en kiezen van DSP-modi.
Uitschakelen van Surround- en DSP-
modi.
linkervoorluidspreker.
rechtervoorluidspreker.
middenluidspreker.
Instellen van het uitgangsniveau voor de
linkersurroundluidspreker.
Instellen van het uitgangsniveau voor de
rechtersurroundluidspreker.
Instellen van het uitgangsniveau voor de
surroundachterluidspreker.
Instellen van het uitgangsniveau voor de
subwoofer.
geluid en instellen van het niveau.
Activeren of uitschakelen van de
testtoon.
Activeren of uitschakelen van de Bass
Boost functie.