BATTERIJ AANSLUITEN
1
Schuif de batterij
6
(niet meegeleverd)
op de zaag totdat u een klik hoort.
Voorzichtig! Gebruik alleen batte-
rijen zoals beschreven in de techni-
sche gegevens.
DIEPTEAFSTELLING VOETPLAAT
1
Draai de vergrendeling van de voet-
plaat
4
naar buiten en stel de voetplaat
op de gewenste positie in.
Trek de vergrendeling van de voet-
plaat in
4
.
Voorzichtig! Zorg ervoor dat het ge-
reedschap is uitgeschakeld en de bat-
terij is verwijderd.
ZAAGBLADEN VERVANGEN
1
Draai de zaagbladklemhendel
de wijzers van de klok in en houd deze
vast.
Voorzichtig! Het zaagblad is scherp.
Zorg ervoor dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de batterij is verwijderd.
Draag beschermende handschoenen.
3
Voer het nieuwe blad door de opening
in voetplaat 7.
ALGEMENE AANWIJZINGEN OVER
1
SNIJDEN
Het zaagblad moet altijd uit het werk-
stuk steken.
De voetplaat
7
moet altijd contact ma-
ken met het werkstuk.
58
NL
2
Om de batterij te verwijderen, drukt u
op de batterij-ontgrendelknop
schuift u de batterij
6
(niet meegele-
verd) van het gereedschap.
2
Om de voetplaat in te stellen, houdt
u de zaag stevig vast en kantelt u de
voetplaat naar de gewenste positie.
9
tegen
2
Het zaagblad voorzichtig uit de zaag-
bladklem trekken en de zaagbladklem-
hendel
9
losmaken.
4
Draai de zaagbladklemhendel
de wijzers van de klok in. Steek het
blad in de SDS-klem en maak de zaag-
bladklemhendel
9
los. Controleer of het
zaagblad stevig vast zit.
HELLING SNIJDEN
2
Plaats de voetplaat
7
op het werkstuk.
Start het gereedschap en beweeg de
punt van het zaagblad langzaam in het
werkstuk.
Helling snijden is alleen geschikt bij
zachte materialenm zoals gipsplaat.
1
5
aan
1
3.
1.
1
9
tegen
3
1
>2,8 cm
2
2
2.
2
4
2
2.
1.
2.
1.
2.
1.