Het apparaat kan niet
Druksensor
worden gestart
Drukregelknop (potentiometer)
De drukregelaar repareren
Motorstuurkaart-diagnose
Laat voor uitvoering van werkzaamheden aan de stuurkaart de druk af en trek de stekker uit het stopcontact. Lees de
paragraaf over drukontlasting (pagina 7).
TIP:
Houd een nieuwe druksensor voor de test klaar.
INSTRUCTIES:
Het spuitapparaat mag nooit een materiaaldruk ontwikkelen wanneer er geen druksensor is geïnstalleerd. Laat de ont-
luchtings-/ drukontlastingsklep geopend wanneer de testdruksensor wordt gebruikt.
1. Verwijder de vier schroeven en de afdekking.
2. Zet de Aan-/uit-schakelaar op AAN.
Plaats een anderen druksensor in de stuurkaart. Als het
apparaat start, dan is de oude sensor defect. Als u geen
vervangende sensor hebt, kunt u een multimeter gebru-
iken om de weerstand aan de rode en zwarte draden
van de sensors te controleren (vergeet niet de stekker
uit het stopcontact te trekken). Deze dient 1,5-3,5 kΩ
te zijn. Defecte sensoren herkennen in de regel geen
gelijkspanning (geopend).
Als de sensor alle controles doorstaat, zie dan Drukre-
gelknop (potentiometer).
Steek een andere potentiometer in het bedieningsbord.
Als het apparaat start, dan is de oude potentiometer
defect. Als er geen vervangende potentiometer is, trek
dan de potentiometerkabel (bij uitgeschakeld apparaat!)
van de stuurkaart en controleer de weerstand tussen de
rode en zwarte draden (vergeet niet de stekker uit het
stopcontact te trekken). De weerstand mag niet groter
dan 8-12 kΩ zijn. Als de weerstand hoger is, dan moet
de potentiometer worden vervangen.
Er is gelijkspanning bij de motorborstels is en zowel de
sensor als de drukregelknop naar behoren functioneren,
dan moet de drukregeleenheid worden vervangen.
51