IV. Navigatiesoftware installeren
Indien uw apparaat reeds in de fabriek met de basisgegevens van de navigatiesoftware
uitgerust werd, gebeurt de uiteindelijke installatie van de navigatiesoftware automatisch
vanuit het interne geheugen tijden de initialisatie. Volg de instructies op het beeldscherm.
Als er zich gedigitaliseerde kaarten op een optionele geheugenkaart bevinden, dan moet
u die geheugenkaart tijdens het gebruik van het navigatiesysteem in het toestel steken.
Wordt de geheugenkaart tijdens het gebruik verwijderd, zelfs al is het voor een kort
ogenblik, dan moet een reset (zie pagina 25) worden uitgevoerd om het toestel opnieuw
op te starten.
Lees hiervoor het hoofdstuk Navigatie vanaf pagina 26, a.u.b.
Eerste initialisatie
17