Eenhandig gebruik van de kettingzaag
De kettingzaag mag nooit eenhandig worden gebruikt.
De gebruiker mag nooit:
•
zagen met de terugslagrisicozone bij de punt van het
zaagblad;
•
een tak vasthouden terwijl hij wordt doorgezaagd;
•
een vallend stuk hout proberen op te vangen.
•
slechts met één touw gezekerd in de boom zagen;
gebruik altijd twee gezekerde lijnen;
•
werken zonder regelmatig de toestand van het
harnas, de riem en de touwen te controleren.
Een vastgelopen zaag losmaken
Als de zaag tijdens het zagen vastloopt, moet de
gebruiker:
•
de zaag uitschakelen en stevig aan de boom
bevestigen aan de binnenzijde (d.w.z. de zijde van de
vrachtwagen) van de zaagsnede, of aan een
afzonderlijke gereedschapslijn;
•
de tak naar vereist optillen en de zaag uit de
zaagsnede trekken;
•
zo nodig met een handzaag of een andere
kettingzaag de vastgelopen zaag bevrijden door op
minimaal 30 cm afstand van de vastgelopen zaag te
zagen.
Of nu een handzaag of een kettingzaag wordt gebruikt om
een vastgelopen zaag te bevrijden, de zaagsneden
moeten altijd naar buiten (dus richting het uiteinde van de
tak) worden aangebracht, om te voorkomen dat de zaag
wordt meegesleurd met de tak, waardoor de situaties nog
meer gecompliceerd wordt.
Basistechniek zagen
WAARSCHUWING! Gebruik een
!
motorkettingzaag nooit door deze met
uw ene hand vast te houden. Een
motorkettingzaag is niet veilig onder
controle met een hand; u kunt in u zelf
zagen. Houd de handgrepen altijd stevig
met beide handen beet.
Algemeen
•
Geef altijd volgas bij het zagen!
•
Laat de motor na elke zaagsnede stationair draaien
(als de motor langdurig op volle toeren draait zonder
dat hij belast wordt, d.w.z. zonder de weerstand die de
motor bij het zagen via de ketting ondervindt, kan dit
tot ernstige beschadigingen van de motor leiden).
•
Vanaf de bovenkant zagen = met "trekkende" ketting
zagen.
•
Vanaf de onderkant zagen = met "duwende" ketting
zagen.
110 – Dutch
ARBEIDSTECHNIEK
Zagen met een "duwende" ketting betekent een groter
risico op terugslag. Zie instructies in het hoofdstuk
Maatregelen die terugslag voorkomen.
Benamingen
Zagen = Algemene benaming voor zagen door hout.
Snoeien = Takken van een gevelde boom afzagen.
Splijten = Wanneer het voorwerp dat u door/af wilt zagen
afbreekt voor u de hele zaagsnede aangebracht heeft.
Voor het zagen moet u rekening houden met vijf erg
belangrijke factoren:
1
2
3
4
5
Dat de ketting wordt vastgeklemd of dat het
zaagvoorwerp splijt is te wijten aan twee oorzaken: welke
steun het zaagvoorwerp voor en na het zagen heeft en of
het zaagvoorwerp onder spanning staat.
De eerder genoemde ongewenste verschijnselen kunnen
in de meeste gevallen voorkomen worden door het zagen
in twee stappen uit te voeren: vanaf de boven- en de
onderkant. Het gaat erom de "wil" van het zaagvoorwerp
om de ketting vast te klemmen of te splijten, te
neutraliseren.
De snijuitrusting mag niet vastgeklemd worden in de
motorzaagsnede.
Het zaagvoorwerp mag niet splijten.
De ketting mag tijdens en na het zagen niet in contact
komen met de grond of een ander voorwerp.
Bestaat er risico op terugslag?
Kunt u op deze grond en in deze omgeving veilig gaan
en staan?