Netaansluiting maken
De transportpomp mag alleen op goedgekeurde geaarde
stopcontacten van 230 V worden aangesloten met een
zekering van ten minste 16A.
Montage van de slangverbindingen
Om de materiaaldruk te controleren, raden wij aan de
slangdruk-manometer (accessoire) te gebruiken.
Hierdoor kan overmatige slijtage aan de transportworm
worden voorkomen. Tevens kan bij slangverstoppingen
altijd de druk in de materiaalslang worden
gecontroleerd.
Materiaalslangen mogen alleen in
drukloze toestand worden afgekoppeld.
Let op
Om
veiligheidsredenen
voorgeschreven materiaalslangen met een toegestane
bedrijfsdruk van 25 bar en een explosiedruk van 75
bar worden gebruikt.
Sluit de materiaalslangen goed aan!
Om een onnodige belasting van de
machine en een hogere slijtage van de
pomp te voorkomen, mag alleen het
aantal materiaalslangen worden
Let op
geplaatst dat ook daadwerkelijk nodig
is.
Let ook hierbij op goede verbindingen van
de slangen.
Tip
Slangen smeren
Ter voorkoming van verstoppingen moeten de
materiaalslangen voordat het te verwerken materiaal
in de trechter wordt gevuld met stijfsel worden
gesmeerd. Giet het stijfsel in de trechter (Pos. 20).
Controleer of de schakelaar "R/L" op "R" is ingesteld.
Start de pomp via de Aan/Uit-schakelaar. Na het
inschakelen kan het toerental via de potentiometer op
de afstandsbedieningkabel worden ingesteld. Zodra er
geen materiaal meer in de trechter is, moet de pomp
worden uitgeschakeld.
mogen
er
alleen
1 8
1 8
1 8
1 8
1 8
Als de transportworm leeg draait, neemt
de slijtage toe. Hoe meer stijfsel er
wordt gebruikt, hoe kleiner de kans op
verstoppingen bij het starten is.
Let op
4.2 Ingebruikname
De trechter (pos. 20) wordt gevuld met materiaal dat
geschikt voor de pomp en de machine is.
Als de trechter van de pomp is gevuld, controleert u of
de schakelaar "R/L" op "R" staat; schakel de pomp in
via de Aan/Uit-schakelaar op de aandrijving (pos 3).
De pomp begint te transporteren.
4.3 Werkpauzes
Als de werkpauze langer duurt dan verhardings- of
afbindtijd van het te verwerken product, dan moet voor
de pauze de complete pomp en de transportworm (pos
16/17) en de materiaalslangen worden gereinigd.
(Hoofdstuk 5.0 Reiniging)