2.1.3 Gasaansluiting
De gaszijdige installatie mag alleen
geschieden door een erkend installateur
en overeenkomstig de algemeen
geldende voorschriften van gas-,
elektriciteit- en waterleidingbedrijven.
2.1.4 Rookgasafvoer
Er mogen aan de rookgasafvoer
géén veranderingen en/of omhullingen
aangebracht worden. De tegen corrosie
beschermde afvoerpijp moet minimaal
dezelfde diameter hebben als de
diameter van de trekonderbreker. Direkt
op de trekonderbreker moet verticaal
een afvoerpijp geplaatst worden. Deze
moet minimaal 50 cm lang zijn. Als men
daarna een gedeelte horizontale
afvoerpijp wil plaatsen moet deze met
een opschot van minimaal 6 cm per
meter naar de schorsteen geleid
worden. Verder moet de afvoer-
verbindingsbuis tussen trekonderbreker
en het schoorsteenkanaal zo kort
mogelijk gehouden worden.
2.1.5 Trekonderbreker
De trekonderbreker is voorzien van
een temperatuurvoeler voor signalering
van terugslag van rookgassen.
Belangrijk
De T.T.B. mag nooit buiten werking
gesteld worden. Terugslag van
rookgassen kan leiden tot vergiftiging.
39
35