Veiligheidsvoorschriften
- Voor het verdere gebruik van de machine moeten alle
veiligheidsvoorzieningen gecontroleerd worden op de juiste
montage en het goed functioneren.
- Controleer of delen van de machine beschadigd resp. defect zijn.
Alle delen moeten juist gemonteerd zijn en goed functioneren om
de machine correct te laten werken.
- Beschadigde bescherminrichtingen en delen moeten, indien
noodzakelijk, door een erkende reparatiewerkplaats gerepareerd
of verwisseld worden. Met uitzondering indien in de gebruiks-
aanwijzing anders aangegeven.
- Beschadigde of onleesbare veiligheidsstickers dienen te worden
vervangen.
Elektrische veiligheid
• De aansluitkabel moet volgens IEC 60245 (H 07 RN-F) zijn, met
een draad doorsnede van minstens:
- 1,5 mm² bij een lengte tot 25m.
- 2,5 mm² bij een lengte vanaf 25m.
• Bij het leggen van de aansluitleiding erop letten dat deze niet gekneusd
Lever hoeveelheid
Controleer na het uitpakken de inhoud van de ver-pakking op:
• Aanwezigheid van alle onderdelen • Eventuele transportschade
In het geval van onvolkomenheden dit direct aan uw leverancier melden. Latere reclamaties worden niet in behandeling genomen.
• 1 voorgemonteerd apparaat
• 1 standbeen links
• 1 standbeen rechts
Gebruikstijden
Gelieve de specifi eke nationale verordeningen in acht te nehmen.
In werking stellen
Ingebruikname
• Overtuigt u zich er van, dat het apparaat compleet en
volgens voorschrift is gemonteerd.
• Plaats de hakselmachine voor het gebruik op een horizontale
en stevige ondergrond (kiepgevaar).
• Plaats
het
apparaat
steengruisondergrond.
• Gebruik het toestel alleen in open lucht. Houd afstand (minimum
2 m) van een muur of een ander onbuigzaam voorwerp.
• Controleer voor ieder gebruik
- Aansluitleidingen op defecte plaatsen (scheuren, sneden o. d.)
- de machine op enventuele beschadigingen
- of alle schroeven goed zijn vastgedraaid
Aansluiting op het net.
• Vergelijk de netspanning met de spanning (bijv.
op het type plaatje is aangegeven. Sluit de machine volgens
de voorschriften en op een geaard stopcontact aan.
• Gebruik verleng kabel met voldoende diameter
• Beveiliging
2000 W - 16 A
2400 W - 16 A träge
In en uitschakelen
UIT
IN
• 1 as
• 2 wielen
• 1 verpakkin moeren
niet
op
een
geplaveide
230 V.) die
(13 A träge
UK / IR / CH)
(13 A träge
UK / IR / CH)
of geknikt wordt en dat de
• Gebruik de kabel niet voor doeleinden warvoor hij niet geschikt is.
Bescherm de kabel tegen hitte, olie of scherpe randen. De steker
niet met de kabel uit het stopcontact trekken.
• Controleer de verleng kabel regelmatig op beschadigingen en
vervang hem als hij beschadigd is.
• Gebruik geen defecte kabels.
• Gebruik alleen toegestane en gemerkte verleng-kabels.
• Maak geen geknutselde elektrische aansluitingen.
• Veiligheidsvoorzieningen nooit overbruggen of buitenwerking stellen.
Elektrische aansluitingen of reparaties mogen alleen door een erkend
bedrijf of een erkende reparatiewerkplaats uitgevoerd worden. De
plaatselijke voorschriften moeten opgevolgd worden.
Reparaties aan andere delen van de machine mogen alleen door de
fabrikant of een door hem erkende werkplaats uitgevoerd worden.
Alleen de originele toebehoren en onderdelen gebruiken. Bij het
gebruik van niet originele onderdelen kunnen risico's voor de
gebruiker ontstaan. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor ongevallen hierdoor ontstaan.
Motorveiligheid
De motor is uitgerust met een veiligheidsschakelaar en
schakelt automatisch uit bij overbelasting. De motor kan na
een afkoelpauze (ca. 5 min) weer worden inge-schakeld.
Bij stroomuitval schakelt de machine automatisch uit
of
(nulspanninginitiator). Voor het opnieuw inschakelen de
schakelaar opnieuw bedienen.
Netimpedantie
Bij ongunstige netvoorwaarden kunnen er tijdens het in-
schakelen van het apparaat korttijdige spannings-dalingen
voorkomen, die andere apparaten kunnen belemmeren (bijv.
fl akkeren van een lamp).
Er zijn geen storingen te verwachten, wanneer de in de tabel
aangegeven maximale netimpedanties worden opgevolgd.
Opgenomen vermogen P
2000
2400
Werken met de tuinhakselaar - Veiligheidshandschoenen dragen!
• Neem een werkpositie in, zijdelings of achter het apparaat. Ga
nooit in het bereik van de uitwerpopening staan.
• Nooit uw hand in de vul- of uitworpopening steken.
• Blijf met uw gezicht en uw lichaam uit de buurt van de
vulopening.
• Breng uw handen, andere lichaamsdelen en kleding niet
in de vulbuis, het uitwerpkanaal of in de buurt van andere
beweegbare delen.
• Controleer voor het inschakelen van het apparaat of er geen
hakselresten in de vulopening aanwezig zijn.
• Kantel het toestel niet met lopende motor.
stekerverbinding niet nat wordt.
(W)
Netimpedantie Z
1
0,25
0,24
(Ω)
max
21
21