•
Voorzichtig: Haal om veiligheidsredenen de stekker uit het stopcontact nadat een programma is
beëindigd. Haal de stekker niet met natte handen uit het stopcontact. Dit kan een elektrische schok
veroorzaken.
•
Voorzichtig: Trek altijd aan de stekker zelf als u de stekker uit het stopcontact haalt. Trek niet aan het
netsnoer.
•
Waarschuwing: Het apparaat is ingesteld op werking met 220-240 V. Sluit bij een netvoeding van
110 V een 110/220 V en 3000 W transformator tussen de elektrische aansluiting aan.
HET APPARAAT ONDER EEN WERKBLAD PLAATSEN
Waarschuwing:
Het werkblad moet stabiel zijn.
Voorzichtig:
Controleer of de bedrading en het loodgieterswerk geschikt zijn voor plaatsing van het apparaat onder
een werkblad.
Voorzichtig:
Controleer of voldoende ruimte onder het werkblad aanwezig is voor plaatsing van het apparaat.
Het apparaat voorbereiden
Om het apparaat onder een werkblad te kunnen plaatsen, moet het bovenpaneel worden verwijderd.
1. Verwijder de schroeven aan de achterzijde van het bovenpaneel.
2. Duw het paneel ongeveer 1 cm naar achteren.
3. Hef het paneel op om het te verwijderen.
Het apparaat installeren
1. Lijn het apparaat met het werkblad uit door de voeten af te stellen.
Controleer of het apparaat waterpas staat.
2. Duw het apparaat in de juiste positie. Zie de afmetingen in de figuur.
Voorzichtig:
Pas op dat u zich tijdens het plaatsen van het apparaat de slangen niet plet of knikt.
Opmerking:
De minimumhoogte A (820 mm) is geschikt voor apparaten zonder vilten laag aan de bovenzijde.
De minimumhoogte B1 (830 mm) is geschikt voor apparaten met een vilten laag aan de bovenzijde
en een tweede korf.
De minimumhoogte B2 (835 mm) is geschikt voor apparaten met een vilten laag aan de bovenzijde
en een besteklade.
HET APPARAAT AANSLUITEN
1. Sluit de afvoerslang direct op de afvoeropening of de sifon aan. De aansluiting moet een
minimumhoogte van 50 cm hebben en een maximumhoogte van 110 cm. Zie de figuur.
2. Zorg dat afvoerslang niet lager dan het apparaat hangt. Zie de figuur.
(Figuur 3)
(Figuur 4)
(Figuur 5)
(Figuur 6)
(Figuur 7)
Nederlands
•
19