NL
Installatiehandleiding: Installatieruimte
2. Waar plaats ik mijn boiler?
2.1 Voorzorgsmaatregelen
• Kies een ruimte waar de temperatuur altijd tussen de 4 °C en 35 °C ligt.
• De boiler moet zo dicht mogelijk in de buurt van de belangrijkste gebruikspunten liggen
(badkamer, keuken, enz.)
• Wanneer de boiler buiten de woonruimten wordt geplaatst (kelder, garage),moeten de leidingen
en beveiligingsinrichting (beveiligingsgroep, drukregelaar) worden geïsoleerd.
• Voorzie een verluchting in de ruimte om condensatie en corrosie van de verf van de boiler
te voorkomen.
• Controleer of het ondersteunende element (muur of plafond) het gewicht van de boiler gevuld
met wateraankan (zie tabel p. 25).
• Voorzie voor elke elektrische inrichting voldoende ruimte van ten minste 40 cm voor het uitvoeren
van periodiek onderhoud aan het verwarmingselement.
• Bij een installatie in een vals plafond, onder het dakwerk of boven
woonruimten, is het VERPLICHT om onder de boiler een
wateropvangbak te voorzien die is aangesloten op een afvoer
(bijv. een douchebak).
2.2 Specifi eke installatie in een badkamer
• Installatie in Volume 3
en verder (NF C 15-100).
Wanneer de afmetingen van de badkamer geen plaatsing toestaan van de boiler in een volume 3
of daarbuiten:
Volume
Mogelijk in Volume 2
24
Volume
1
2
Volume
3
Mogelijk in Volume 1 als:
- de boiler horizontaal is en zo hoog mogelijk
geplaatst is
- de leidingen van geleidend materiaal zijn
- de boiler beschermd wordt door een residentiële
differentieelschakelaar (30 mA) die stroomop-
waarts is geplaatst van de boiler
Volume
1
Volume
2
Volume
1
Volume
2
Volume
3
Volume
3