Bluetooth®
• Afhankelijk van de Bluetooth-versie, het besturingssysteem en de
firmwareversie van uw mobiele telefoon, werken Bluetooth-functies mogelijk
niet met dit apparaat.
• Zorg dat u de Bluetooth-functie van het apparaat inschakelt om de volgende
bedieningen uit te voeren.
• De signaalcondities verschillen afhankelijk van de omgeving.
Bluetooth — Verbinding
Ondersteunde Bluetooth profielen
– Hands-Free Profile (HFP)
– Advanced Audio Distribution Profile (A2DP)
– Audio/Video Remote Control Profile (AVRCP)
– Serial Port Profile (SPP)
– Phonebook Access Profile (PBAP)
Ondersteunde Bluetooth coderingen
– Sub Band Codec (SBC)
– Advanced Audio Coding (AAC)
Verbind de microfoon
Achterpaneel
Microfoon
(bijgeleverd)
Microfooningangsaansluiting
Stel de hoek van de
microfoon in
Een Bluetooth apparaat voor het eerst koppelen en verbinden
1
Druk op
2
Zoek en selecteer de naam van uw receiver ("KDC-BT640U"/"KDC-BT440U")
op het Bluetooth-apparaat.
"PAIRING"
verschijnt op het display.
• Met bepaalde Bluetooth apparaten moet u mogelijk direct na het zoeken de
PIN-code (persoonlijk identificatienummer) invoeren.
3
Druk op de volumeknop om het koppelen te starten.
"PAIRING OK" verschijnt wanneer het koppelen is voltooid.
Nadat het koppelen eenmaal is uitgevoerd, wordt de Bluetooth verbinding
automatisch gemaakt.
•
"
"-indicator gaat branden om het vermogen van de batterij en het
verbonden apparaat te tonen.
•
• Dit toestel ondersteunt Secure Simple Pairing (SSP).
• U kunt in totaal maximaal vijf apparaten registreren (koppelen).
• Nadat het koppelen is voltooid, blijft het Bluetooth apparaat geregistreerd in het
toestel, zelfs wanneer u het toestel terugstelt. Zie
om het gekoppelde apparaat te koppelen.
• Tegelijkertijd kunnen er maximaal twee Bluetooth telefoons en één Bluetooth
audio-apparaat worden verbonden. Zie
[BT MODE]
te verbreken. (Pagina 19)
Zet indien nodig met
Tijdens de BT AUDIO bron, kunt u echter vijf Bluetooth audio-apparaten
snoerklemmen (niet
verbinden en tussen deze vijf apparaten schakelen. (Pagina 20)
bijgeleverd) vast.
• Bepaalde Bluetooth apparaten worden niet automatisch na het koppelen met
het toestel verbonden. Verbind het apparaat dan handmatig met het toestel.
• Zie de handleiding van het Bluetooth apparaat voor meer informatie.
B
SRC om het toestel in te schakelen.
"PASS XXXXXX"
"Naam van toestel"
: De "BT1" en/of "BT2" indicator(s) licht(en) op het voorpaneel op.
: "BT1" en/of "BT2" indicator(s) licht(en) op het displayvenster op.
[PHONE SELECT]
om het geregistreerde apparaat te verbinden of de verbinding ermee
"PRESS"
"VOLUME KNOB"
[DEVICE DELETE]
op pagina 19
of
[AUDIO SELECT]
in
15
NEDERLANDS