1.
Lichten ON/OFF
2.
Motor ON/OFF
Door op toets "2" te drukken gaat de motor op snelheid 1.
Door, met werkende kap, op de toets te drukken gaat de
afzuigkap op OFF.
3.
Snelheidsafname
Door op toets "3" te drukken neemt de snelheid af, van
snelheid 4 (intensieve zuigkracht) naar snelheid 1.
4.
Snelheidstoename
Door op toets "4" te drukken, met de kap op OFF, gaat
de kap op snelheid 1.
Door, met werkende kap, op de toets te drukken neemt
de snelheid toe, van snelheid 1 naar snelheid 4
(intensieve zuigkracht).
Voor de intensieve zuigkracht is er een timer functie. De
standaard tijd is 5 minuten, na afloop ervan schakelt de
afzuigkap over naar snelheid 2.
Om de functie vóór de ingestelde tijd uit te schakelen
druk op toets "3", de afzuigkap gaat op stand 3; door op
toets "2" te drukken gaat de afzuigkap uit.
Iedere snelheid komt overeen met een signalering op de
display.
OFF: Geen signalering
Snelheid 1: 1
Snelheid 2: 2
Snelheid 3: 3
Snelheid 4: 4 (knipperend)
5.
Display
Vetfilter signalering
De vetfilter signalering heeft na 40 werkuur plaats en wordt op
de display weergegeven met een knipperend nummer 1.
Als deze signalering verschijnt moet het geïnstalleerde
vetfilter gereinigd worden.
De signalering is zichtbaar met de kap op ON.
Om de signalering te verwijderen, druk, langer dan 3
seconden, op toets "2" totdat de signalering uitgaat.
De signalering wordt verwijderd met de kap op ON.
Koolstoffilter signalering (alleen voor filterend apparaat)
De koolstoffilter signalering heeft na 160 werkuur plaats en
wordt op de display weergegeven met een knipperend
nummer 2.
Als deze signalering verschijnt moet het geïnstalleerde
koolstoffilter vervangen worden.
De signalering is zichtbaar met de kap op ON.
Om de signalering te verwijderen, druk, langer dan 3
seconden, op toets "2" totdat de signalering uitgaat.
De signalering wordt verwijderd met de kap op ON.
In het geval van een gelijktijdige signalering van beide filters,
knipperen op de display, achterelkaar, nummer 1 en nummer
2.
De reset geschiedt door 2 maal de boven beschreven
procedure uit te voeren.
De eerste keer wordt de signalering van het vetfilter gereset,
de tweede keer die van het koolstoffilter.
In de standaard modus is de koolstoffilter signalering niet
actief.
Indien de afzuigkap als filterende apparaat wordt gebruikt
moet de koolstoffilter signalering geactiveerd worden.
Activering van de koolstoffilter signalering:
Zet de afzuigkap op OFF en houd tegelijkertijd, 3 seconden
lang , de toetsen "2" en "3" ingedrukt.
De nummers 1 en 2 knipperen 2 seconden lang achterelkaar.
Uitschakeling van de koolstoffilter signalering:
Zet de afzuigkap op OFF en houd tegelijkertijd, 3 seconden
lang, de toetsen "2" en "3" ingedrukt.
Het nummer 1 knippert 2 seconden lang.
Temperatuur alarm
De kap is voorzien van een temperatuursensor die de motor
op snelheid 3 inschakelt als de omgevingstemperatuur, in de
buurt van de display, te hoog is.
De alarmtoestand wordt op de display weergegeven met een
knipperende t.
Deze toestand blijft voortbestaan totdat de temperatuur onder
de alarmgrens daalt.
Om deze modus te verlaten druk op één van de volgende
toetsen "2", "3" of "4".
Elke
30
seconden
omgevingstemperatuur in de buurt van de display
gecontroleerd.
Display weergave
Weergave
22
wordt
door
de
Status
Snelheid 1
Snelheid 2
Snelheid 3
Snelheid 4 (intensieve zuigkracht)
Onderhoud Vetfilter
Onderhoud Koolstoffilter
Onderhoud Vetfilter en Koolstoffilter
Temperatuur alarm
sensor
de