Gevaar door krachtige magnetische velden
Krachtige magnetische velden kunnen schadelijke invloeden hebben op personen met actieve implantaten
(bijv. pacemakers) alsmede op elektromechanische apparaten (bijv magneetkaarten, mechanischen horloges,
fijne mechanische apparatuur, harde schijven).
Met het oog op het effect van krachtige magnetische velden op personen dienen de desbetreffende nationale
bepalingen en voorschriften te worden nageleefd, in de Bondsrepubliek Duitsland bijvoorbeeld het voorschrift
van de wettelijke ongevallenverzekering BGV B11 §14 ‚Elektromagnetische Felder' (elektromagnetische velden).
Om storende effecten te voorkomen, dient u de magneten altijd op een afstand van ten minste 30 cm van de
bedreigde implantaten en apparaten te houden.
Opmerkingen inzake onderhoud en reiniging
Reinig alle componenten met een iets vochtige doek en vermijd het gebruik van reinigings-, schuur- en
oplosmiddelen. Verwijder de batterij(en) voordat u het apparaat gedurende een langere tijd niet gebruikt.
Bewaar het apparaat op een schone, droge plaats.
Bediening SensoPilot Pro
Stroomvoorziening
• Voordat u het toestel inschakeld dient de accu volledig te zijn opgeladen.
• Wanneer de LED's 6/7/8 van binnen naar buiten oplichten dan moet de accu opgeladen worden.
Hiervoor de laadkap losschroeven en laadtoestel aansluiten. De laadtijd ca.15 u.
• Alternatief kan de SensoPilot met de 12/24 volt batterijkabel aan de batterij van de bouwmachine in-
werking gezet en de accu opgeladen worden. Hiervoor de batterijkabel aan het contact (4) aansluiten.
• Wanneer geen laserstraal ontvangen wordt schakelt het toestel zich na een bepaalde tijd uit.
Toestel bevestigen
Met de sterke magneten (9) kan de SensoPilot direct aan de bouwmachine bevestigt worden. Let erop dat
u een effen en zuiver contactvlak heeft, zodat de magneten zeker houden.
!
Door de extreem sterke magneten bestaat gevaar voor bekneld raken!
SensoPilot gebruiken
• Aan/uit schakelaar (10) éénmaal indrukken, alle LED's lichten kort op. Nu is de SensoPilot gebruiksklaar.
Door de lange ontvangstvelden (5) wordt de laserstraal opgevangen en de LED's (6,7,8) duiden aan
wanneer de referentiehoogte bereikt wordt.
• Bovenste LED's knipperen: de SensoPilot naar boven bewegen.
• Middelste LED's knipperen: De sensopilot bevindt zich op referentiehoogte.
• Onderste LED's knipperen: De SensoPilot naar onderen bewegen.
Omschakeling nauwkeurigheid
De nauwkeurigheidsinstelling kan met de Aan/uit schakelaar (10) verandert worden.
• Fijn: de binnenste LED's (7) knipperen 3x
• Grof: de buitenste LED's (8) knipperen 3x
Toestel uitschakelen
Aan/uit schakelaar (10) ca. 3 sec. ingedrukt houden.
Rotatielaser
Voor het verkrijgen van een laser referentiehoogte gebruikt u het beste een auto matische rotatielaser met
een hogere draaisnelheid.
!
De SensoPilot Pro kan niet worden gebruikt met lijnlasers.
SensoPilot Pro
13
NL