NL
•
Gebruik het apparaat nooit met
ontvlambare of giftige vloeistoffen of
vloeistoffen die anderszins niet
compatibel zijn met het apparaat.
•
Zorg ervoor dat het verpakkingsmateriaal
niet toegankelijk is voor kinderen –
verstikkingsgevaar.
•
Gebruik alleen reserveonderdelen en
accessoires die door de fabrikant worden
aanbevolen.
•
Schakel het apparaat uit en haal de
stekker uit het stopcontact voordat u het
schoonmaakt, instelleert, onderhoudt,
opbergt en/of transporteert.
WAARSCHUWING!
•
Controleer het snoer en de stekker voor
elk gebruik op beschadigingen. Gebruik
het apparaat niet als het snoer of
andere belangrijke onderdelen, zoals
veiligheidsvoorzieningen,
hogedrukslangen en de knijpgreep
beschadigd zijn.
•
Als een verlengsnoer wordt gebruikt,
moet de aansluiting een toereikende
beschermingsklasse hebben en mag
deze niet worden ondergedompeld in
water of een andere vloeistof. Laat de
aansluiting nooit op de grond liggen.
Gebruik bij voorkeur een slanghaspel
met de aansluitingen minimaal 60 mm
boven de grond.
•
Spuit nooit brandbare vloeistoffen -
explosiegevaar.
•
Water dat een terugslagklep is
gepasseerd, is niet geschikt als
drinkwater.
•
Hogedrukslangen, montagedelen en
koppelingen zijn zeer belangrijk voor
veilig gebruik van het apparaat. Gebruik
alleen slangen, montageonderdelen en
fittingen die door de fabrikant worden
aanbevolen.
70
Gebruik van reinigingsmiddelen
•
Onjuist gebruik van reinigingsmiddelen
kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel
en/of materiële schade.
•
Bewaar reinigingsmiddel buiten het bereik
van kinderen.
Verlengsnoer
•
Een ongeschikt verlengsnoer kan leiden
tot brandgevaar en/of elektrische
ongevallen.
•
Koppel het verlengsnoer altijd volledig los.
•
Snoerverbindingen moeten droog en
boven de grond worden gehouden.
•
Elk verlengsnoer moet voldoen aan de
volgende vereisten met betrekking tot de
doorsnede en lengte van de geleider:
1,0 mm²
1,5 mm²
2,5 mm²
Plaatsing
•
Het apparaat moet tijdens gebruik,
hantering, transport en opslag op een
vlakke, stabiele ondergrond worden
geplaatst. Als het apparaat kantelt of
omvalt, kan dit persoonlijk letsel
veroorzaken.
Aansluiting op netstroom
•
Elektrische aansluitingen mogen alleen
worden uitgevoerd door een
gekwalificeerde elektricien. Elektrische
aansluitingen moeten voldoen aan
IEC60364-1.
•
Het apparaat moet worden aangesloten
op een netwerk met een
aardlekschakelaar met uitschakelstroom
van maximaal 30 mA.
•
Kortstondige spanningsdalingen kunnen
optreden wanneer het apparaat wordt
Max. 12,5 m
Max. 20 m
Max. 30 m