• Deze mag alleen in een gesloten, droge ruimte
worden gebruikt.
• Deze moet tegen vocht, olie en vet worden
beschermd.
• Deze mag wegens gevaar voor oververhitting niet
worden afgedekt.
• Deze mag in geen geval in de buurt van brandbare
gassen worden gebruikt.
• Zorg ervoor, dat de gebruikte netcontactdoos vrij
toegankelijk is.
• De netadapter mag uitsluitend met uitgetrokken
netstekker en een droge doek worden gereinigd.
• Bij beschadiging van de behuizing of de netstekker
mag het toestel niet in gebruik worden genomen.
• Deze mag niet worden geopend. Reparaties mogen
uitsluitend door een erkende werkplaats worden uit-
gevoerd.
Plaatsen en verwijderen van de geheugenkaart
De LEICA DIGITAL-MODUL-R slaat de opnamegegevens
op een uiterst compacte SD- (Secure Digital) kaart op.
Als alternatief kunnen ook MultiMediaCards worden
gebruikt. SD-geheugenkaarten en MultiMediaCards
zijn kleine, eenvoudige en uitwisselbare externe geheu-
genmedia. SD-geheugenkaarten, vooral die met een
grote capaciteit, maken een aanzienlijk snellere
registratie en weergave van gegevens mogelijk. Ze
hebben een schakelaar voor schrijfbeveiliging, waar-
mee tegen onopzettelijk opslaan en wissen kan wor-
den beschermd. Deze schakelaar is als schuif op de
niet afgeschuinde kant van de kaart uitgevoerd en
beveiligt gegevens in zijn onderste stand die met
is gemarkeerd.
80 / Uitvoerige handleiding / Voorbereidingen
SD-geheugenkaarten en MultiMediaCards zijn er van
meerdere aanbieders en met verschillende capacitei-
ten.
Tot de leveringsomvang van de LEICA DIGITAL-MODUL-R
behoort een 512 MB SD-geheugenkaart.
Opmerking: Raak de contacten van de geheugenkaart
niet aan.
1. Schakel de Digital-Modul-R met de
(1.15) uit.
2. Open de afdekklep (1.18) boven de sleuf van de
geheugenkaart aan de rechterzijde van de Digital-
Modul-R, door deze eerst volgens het pijlsymbool
iets naar achteren te drukken/trekken. De door een
veer ondersteunde klep springt vervolgens zelfstan-
dig open.
3. Plaats de geheugenkaart (G) met de contacten naar
achteren - en met de afgeschuinde hoek naar boven
wijzend in de sleuf (1.24). Schuif deze tegen de
veerweerstand in helemaal naar binnen tot deze
hoorbaar inklikt.
4. Sluit de klep weer door deze naar voren te schuiven
tot deze inklikt.
Ga voor het verwijderen van de geheugenkaart in de
omgekeerde volgorde te werk. Voor ontgrendeling
moet de kaart – zoals aangegeven op de klep – eerst
nog iets verder naar binnen worden geschoven.
LOCK
Opmerkingen:
• Als de geheugenkaart niet is te plaatsen, controleert
u de juiste uitlijning.
• Als de klep na het verwijderen van de geheugen-
kaart niet is te sluiten, probeert u het na nogmaals
plaatsen en verwijderen van de geheugenkaart.
• Wanneer u de afdekklep (1.16) opent en de geheu-
genkaart eruit neemt, verschijnt op de monitor (1.11)
OK/OFF
knop
een waarschuwing in plaats van de betreffende indi-
caties:
Let op
• Verwijder de geheugenkaart of accu niet, resp. ver-
breek de netaansluiting niet zolang de LED (1.20) als
aanduiding van de opname-registratie en/of gege-
vensopslag op de kaart brandt. Anders kunnen de
gegevens op de kaart worden vernield en kan de
Digital-Modul-R verkeerd werken.
• Omdat elektromagnetische velden, elektrostatische
lading evenals defecten aan de Digital-Modul-R en
kaart tot beschadiging of verlies van gegevens op de
geheugenkaart kunnen leiden, is het raadzaam de
gegevens naar een computer te kopiëren en daar op
te slaan (zie pag. 103).
• Om dezelfde reden wordt geadviseerd de kaart in
principe in het meegeleverde, antistatische foedraal
te bewaren.
Geen SD-kaart