aanbouwapparaten wordt
veroorzaakt is STIHL niet
aansprakelijk.
Toepassingen
Het apparaat – afhankelijk van
het gemonteerde snijgarnituur
– alleen gebruiken voor het
maaien van gras en het
knippen van wildgroei of iets
dergelijks.
Het gebruik van het apparaat
voor andere doeleinden is niet
toegestaan en kan leiden tot
ongelukken of defecten aan
het apparaat. Geen
wijzigingen aan het product
aanbrengen – ook dit kan
leiden tot ongelukken of
defecten aan het apparaat.
Kleding en uitrusting
De voorgeschreven kleding
en uitrusting dragen.
De kleding moet
doelmatig zijn en
mag tijdens het
werk niet hinde-
ren.
Nauwsluitende kle-
ding dragen –
combipak, geen
stofjas.
FSE 31, FSE 41
Geen kleding dragen
waarmee men aan takken,
struiken of de bewegende
delen van het apparaat kan
blijven haken. Ook geen sjaal,
das en sieraden dragen. Lang
haar in een paardenstaart
dragen en vastzetten
(hoofddoek, muts, helm enz.).
Stevige schoenen
met stroeve, slip-
vrije zolen dragen.
WAARSCHUWING
Om de kans op
oogletsel te redu-
ceren een nauw
aansluitende vei-
ligheidsbril volgens
de norm EN 166
dragen. Erop letten
dat de veiligheids-
bril goed zit.
Een vizier dragen en erop
letten dat deze goed zit. Een
vizier alleen biedt
onvoldoende bescherming
voor de ogen.
"Persoonlijke"
gehoorbescherming dragen –
zoals bijv. oorkappen.
Robuuste werk-
handschoenen van
slijtvast materiaal
dragen (bijv. leer).
STIHL biedt een omvangrijk
programma aan persoonlijke
beschermuitrusting aan.
Apparaat vervoeren
Altijd het apparaat
uitschakelen en de netsteker
van het apparaat lostrekken.
In auto's: het apparaat tegen
kantelen en beschadiging
beveiligen.
Nederlands
241