7. Niet gebruiken op plaatsen waar zich veel chemicaliën,
etc. bevinden.
Kunststof onderdelen kunnen verzwakken en breken,
wat kan leiden tot letsel.
8. Als u merkt dat het apparaat ongewoon hoge
temperaturen genereert, slecht werkt of abnormale
geluiden maakt, stop dan onmiddellijk het gebruik en
schakel de stroom uit.
Vraag de dealer waar u het apparaat hebt gekocht of
een door HiKOKI Service-centrum om een inspectie en
reparatie.
Als u het apparaat toch blijft gebruiken, kan dit
verwondingen veroorzaken.
9. Als het apparaat per ongeluk valt of een ander apparaat
raakt, controleer het apparaat dan zorgvuldig op barsten,
breuken of vervorming, etc.
Barsten,
breuken
verwondingen veroorzaken.
10. Plaats geen voorwerpen zoals schroeven in de
aanzuigpoort of de blaaspoort.
Hierdoor zouden de interne onderdelen van het
gereedschap beschadigd kunnen raken.
11. Voor het blazen bevestigt u het mondstuk op de
blaaspoort.
Voor stofopvanging, monteert u het mondstuk op de
aanzuigpoort en monteert u de stofzak op de blaaspoort.
12. Gebruik het gereedschap niet voor het zuigen van
vloeistoff en zoals water of natte stofdeeltjes, of items
zoals stukjes glas, snijgereedschappen, spijkers,
schroeven, kiezelstenen of brandende sigarettenpeuken.
13. Gebruik
geen
industriële
smeermiddel, enz.) of in de buurt van chemicaliën.
Hierdoor
kunnen
beschadigd raken.
14. Controleer het snoerloos blaasapparaat grondig als
u het wilt gebruiken voor het blazen of reinigen van
kleverig poeder of stofdelen.
Poeder of stofdelen kunnen in het apparaat worden
gezogen en binnenin blijven kleven. Dit kan ertoe leiden
dat de schoepen afbreken of er verwondingen worden
veroorzaakt.
15. Raak nooit de bewegende delen aan.
Kom nooit met uw handen, vingers of andere
lichaamsdelen in de buurt van de bewegende delen van
het gereedschap.
16. Laat het gereedschap nooit aanstaan zonder toezicht.
Schakel stroom uit.
Laat het gereedschap niet alleen totdat hij volledig
stilstaat.
17. Wanneer u het gereedschap op hoog gelegen plekken
gebruikt, moet u ervoor zorgen dat er zich niemand
onder die plek bevindt.
18. Wees voorzichtig bij het blazen van grote hoeveelheden
fi jn stof in een droge omgeving omdat dit een
opeenhoping van statische elektriciteit kan veroorzaken,
wat kan leiden tot een onverwachte elektrische
ontlading.
19. Richt het apparaat nooit op mensen of dieren. Het
apparaat blaast kleine voorwerpen met hoge snelheid
weg en kan daardoor letsel veroorzaken.
20. Bedien het apparaat niet wanneer u niet stabiel staat,
zoals op een normale ladder of trapladder.
Dit kan resulteren in letsel.
21. Sla niet tegen het gereedschap met andere voorwerpen,
vermijd sterke schokken, zoals het laten vallen van het
gereedschap, en laat het gereedschap niet nat worden.
Hierdoor kunnen de ingebouwde precisieonderdelen
beschadigen, wat defecten kan veroorzaken.
22. Verwijder voor het gebruik alle voorwerpen uit de buurt
die letsel of een ongeval kunnen veroorzaken.
23. Kijk niet in de blaaspoort tijdens het gebruik.
en
vervormingen
olie
of
vet
(snijolie,
onderdelen
verslechteren
24. Houd de aanzuigpoort uit de buurt van uw lichaam om te
voorkomen dat u in uw werkkleding zuigt.
25. Als er vreemd materiaal in de aanzuigpoort komt en
het blazen van lucht stopt, schakel het gereedschap
dan onmiddellijk uit, verwijder de accu en verwijder
vervolgens het vreemde materiaal.
26. Voorzorgsmaatregelen tijdens het vervoer
• Zet de schakelaar op de behuizing van het apparaat in
de vrije stand en verwijder de accu.
• Draag het apparaat aan de handgreep op de behuizing.
• Bij vervoer in een voertuig moet u de vereiste
maatregelen nemen om te voorkomen dat het apparaat
omvalt of beschadigd raakt.
AANVULLENDE
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
kunnen
1. Laad de accu altijd op bij een temperatuur van 0°C–40°C.
Een temperatuur van minder dan 0°C zal overlading
veroorzaken, wat gevaarlijk is. De accu kan niet worden
opgeladen bij een temperatuur hoger dan 40°C.
De geschiktste temperatuur voor opladen ligt tussen de
20°C–25°C.
2. Gebruik de lader niet constant.
Laat de oplader ongeveer 15 minuten met rust na het
opladen voordat u aan de volgende accu begint.
3. Voorkom dat stof of vuil in de aansluitopening van de
accu terecht komt.
4. Demonteer de accu of acculader niet.
5. Voorkom kortsluiting van de accu. Kortsluiten van de accu
zal resulteren in een grote stroom en oververhitting. Dit zal
resulteren in brandwonden en schade aan de accu.
of
6. Gooi de accu niet in het vuur. Een brandende accu kan
ontploff en.
7. Breng de accu naar de winkel waar deze gekocht werd,
nadat deze na opladen onvoldoende kracht heeft voor
praktisch gebruik. Gooi een uitgewerkte accu niet
zomaar weg.
8. Steek nooit een voorwerp in de ventilatie-openingen van
de lader. Als er een voorwerp of ontvlambaar materiaal
in de ventilatie-openingen van de acculader wordt
gestoken, kan dit resulteren in een elektrische schok of
beschadiging aan de acculader.
9. Bij doorlopend gebruik is het mogelijk dat deze machine
oververhit raakt, hetgeen kan leiden tot schade aan de
motor en de schakelaar.
Daarom geeft u het gereedschap een tijdje pauze
wanneer de behuizing heet wordt.
10. Zorg ervoor dat de batterij stevig geplaatst wordt. Indien
dit niet gebeurd, kan het voorkomen dat de accu eruit
valt en een ongeluk veroorzaakt.
11. Gebruik het product niet als het gereedschap of de
accupolen (batterijhouder) vervormd zijn.
Het installeren van de accu kan kortsluiting veroorzaken,
wat kan leiden tot rookontwikkeling of ontbranding.
12. Houd de accupolen van het gereedschap (accuhouder)
vrij van spaanders en stof.
○ Controleer vóór gebruik of er geen spaanders en stof zijn
opgehoopt in het gebied van de aansluitingen.
○ Probeer te voorkomen dat spaanders of stof van het
gereedschap op de accu terechtkomen tijdens het
gebruik.
○ Wanneer het gebruik wordt onderbroken of na gebruik,
moet u het gereedschap niet op een plaats achterlaten
waar het kan worden blootgesteld aan vallende
spaanders of stof.
Als u dat doet kan er kortsluiting ontstaan, wat kan leiden
tot rookontwikkeling of ontbranding.
13. Gebruik het gereedschap en de accu altijd bij
temperaturen tussen -5°C en 40°C.
45
Nederlands