Probleem
Het apparaat werkt niet.
Water lekt uit het apparaat.
Het apparaat produceert
veel lawaai tijdens de
werking.
Koffiedik in de kan.
Koffie zetten duurt
langer dan normaal.
Het koffiezetapparaat
schakelt zich uit voor het
waterreservoir leeg is.
Koffiedik in de kan.
De koffie smaakt niet goed.
De koffie is niet heet genoeg.
De kan kan moeilijk in het
apparaat worden gezet of
eruit worden gehaald.
Zorg dat het voltage dat is aangeduid op het apparaat
overeenstemt met de lokale netspanning.
Zorg dat de stekker in het stopcontact steekt en dat het
apparaat is aangeschakeld.
Controleer of het waterreservoir gevuld is boven het MAX-peil.
Zorg dat het waterreservoir niet gevuld is met heet water.
Zorg dat het apparaat stabiel staat op een stabiel, vlak
oppervlak.
Het apparaat moet ontkalkt worden (zie hoofdstuk
'Ontkalking').
Of de kan is niet correct geplaatst onder de maal- &
koffiezetmand.
Of u heeft de kan meer dan 30 seconden verwijderd tijdens het
koffiezetten.
Het apparaat moet ontkalkt worden (zie hoofdstuk
'Ontkalking').
Het apparaat moet ontkalkt worden (zie hoofdstuk
'Ontkalking').
Of de kan is niet correct geplaatst onder de maal- &
koffiezetmand.
Of u heeft de kan meer dan 30 seconden verwijderd tijdens het
koffiezetten.
Controleer of u de kan met koffie te lang op de
warmhoudplaat heeft laten staan, vooral als er slechts een
kleine hoeveelheid koffie in zit.
Controleer of er niet te weinig koffie is gezet. De koffie warmt
langer op als u meer zet.
Zorg dat u de kan fatsoenlijk op de warmhoudplaat zet.
Zorg dat het deksel van de kan & de filtermand op hun plaats
zijn bevestigd.
Houd de kan een beetje scheef om ze te plaatsen of weg te
nemen. Let op dat u geen hete koffie morst om brandwonden
te vermijden.
46
Oplossing