Inbedrijfstelling - Franke 7612982130793 Notice De Montage

12. Inbedrijfstelling

Om een correct werking te garanderen, moet aan elke douche een douchenummer
worden toegewezen.
12.1 Voeding inschakelen.
12.2 Ten minste 4 minuten wachten. Pas daarna werkt de set- en bedrijfsomschakeling.
☞
Alle Aquapay-armaturen moeten in de bedrijfsstand „Set B" staan.
☞
Alle Aquapay-armaturen moeten op AQUAPAY-Master-werking worden ingesteld
(Voor instelling zie instructies 18-05.648, hoofdstuk Speciale functies).
12.3 In de systeemsoftware of met de ECC-functiecontroller alle Aquapay-armaturen in
de bedrijfsstand „Set B" zetten.
12.4 De voeding uitschakelen.
12.5 Op de Aquapay-module (a) de jumper (b) boven de twee bovenste pinnen steken.
12.6 Voeding inschakelen.
☞
Afhankelijk van het aantal Aquapay-armaturen kan het enige minuten duren, tot in
het scherm de melding „do NOT PAY" verschijnt.
• Op het scherm verschijnt het aantal Aquapay-armaturen dat herkent wordt door
de muncontactsensor.
12.7 Wanneer het aangegeven aantal verschilt van het aanwezige aantal, moet de
jumper (b) boven de twee onderste pinnen worden gestoken.
• De Aquapay-module stuurt de Aquapay-armaturen de opdracht voot sensoradres-
sering en gaat in de identificatiemodus.
12.8 Wanneer in het scherm „1" wordt aangegeven, de douche activeren, die als
doucheplaats 1 wordt aangewezen.
12.9 Wanneer in het scherm „2" wordt aangegeven, de douche activeren, die als
doucheplaats 2 wordt aangewezen.
12.10 Dit proces net zo lang herhalen, tot alle douches een doucheplaats toegewezen
hebben gekregen.
• Als alle Aquapay-armaturen geadresseerd zijn, wordt de configuratie in de
Aquapay--module opgeslagen.
• In het scherm verschijnt de melding „XXX".
• Na het opslaan staat de muntcontactsensor in de normale bedrijfsmodus.
- 32 -