nl Het voorkomen van materiële schade
Het voorkomen van materiële schade
Het voorkomen van mate-
riële schade
Ter voorkoming van materiële scha-
Het voorkomen van materiële schade
de, aan het apparaat, de accessoires
of keukenvoorwerpen dient u de aan-
wijzingen in acht te nemen.
LET OP!
Door het gebruik van de plint, la-
¡
den of apparaatdeuren als zitvlak
of opstapje kan het apparaat be-
schadigd raken.
Niet op de plint, laden of deuren
▶
staat of leunen.
Door verontreinigingen met olie of
¡
vet kunnen kunststofdelen en
deurafdichtingen poreus worden.
Houd kunststofdelen en deuraf-
▶
dichtingen olie- en vetvrij.
Delen in het apparaat van metaal
¡
of met een metalen uiterlijk kunnen
aluminium bevatten. Aluminium re-
ageert bij contact met zure levens-
middelen.
Geen levensmiddelen onverpakt
▶
in het apparaat bewaren.
Milieubescherming en besparing
Milieubescherming en be-
sparing
Bescherm het milieu door het appa-
Milieubescherming en besparing
raat op een hulpbronnenbesparende
manier te gebruiken en herbruikbare
materialen op de juiste manier af te
voeren.
Afvoeren van de verpakking
De verpakkingsmaterialen zijn milieu-
vriendelijk en kunnen worden herge-
bruikt.
De afzonderlijke componenten op
▶
soort gescheiden afvoeren.
86
Energie besparen
Als u deze aanwijzingen opvolgt, ver-
bruikt uw apparaat minder stroom.
Keuze van de opstellingslocatie
Houd deze aanwijzing aan wanneer u
het apparaat plaatst.
Stel het apparaat niet bloot aan di-
¡
rect zonlicht.
Plaats het apparaat zo ver moge-
¡
lijk van radiatoren, fornuis en ande-
re warmtebronnen:
– Houd 30 mm afstand aan tot
elektrische- of gasfornuizen.
– Houd 300 mm afstand aan tot
olie- en kolenfornuizen.
Nooit de externe ventilatie-opening
¡
afdekken of dicht maken.
Energie besparen bij het gebruik.
Houd deze aanwijzing aan wanneer u
uw apparaat gebruikt.
Opmerking: De plaatsing van de uit-
rustingsonderdelen heeft geen in-
vloed op het energieverbruik van het
apparaat.
Open het apparaat slechts kort.
¡
Nooit de ventilatie-openingen bin-
¡
nenin, of de ventilatieroosters aan
de buitenzijde afdekken of dicht
maken.
Transporteer gekoelde levensmid-
¡
delen in een koeltas en leg ze snel
in het apparaat.
Warm voedsel en dranken eerst la-
¡
ten afkoelen, daarna in het appa-
raat plaatsen.
Leg om de koude van de diep-
¡
vriesproducten te benutten, deze
ter ontdooiing in het koelvak.
Laat altijd wat ruimte tussen de le-
¡
vensmiddelen en de achterwand.
Verpak de levensmiddelen lucht-
¡
dicht.
Ontdooi het vriesvak regelmatig.
¡
Open het vriesvak slechts kort en
¡
sluit het zorgvuldig.