De werking controleren voordat u het
product gebruikt
1. Controleer of de kettingrem (A) goed functioneert
en niet beschadigd is.
2. Controleer of de rechterhandbescherming (B)
achter niet beschadigd is.
3. Controleer of de activeringsschakelaar en de
vergrendeling (C) van de activeringsschakelaar
goed functioneren en niet beschadigd zijn.
4. Controleer het toetsenbord (D) om ervoor te zorgen
dat het juist werkt.
5. Zorg ervoor dat er geen olie op de handgrepen (E)
zit.
6. Controleer dat alle onderdelen correct zijn
aangebracht en niet beschadigd zijn of ontbreken.
7. Controleer de kettingvanger (F) om ervoor te
zorgen dat deze juist werkt.
8. Controleer de kettingspanning (G).
9. Laad de accu (H) op en controleer of deze correct
is bevestigd aan het product.
10. Zorg dat de zaagketting stopt wanneer u de
activeringsschakelaar loslaat.
C
D
B
H
De juiste kettingolie gebruiken
WAARSCHUWING:
afgewerkte olie. Dit kan leiden tot letsel bij
uzelf en schade aan het milieu. Afgewerkte
olie veroorzaakt ook schade aan de
oliepomp, de geleider en de zaagketting.
WAARSCHUWING:
zaagketting kan breken bij onvoldoende
smering van de zaagcomponenten. De
gebruiker kan hierdoor ernstig of dodelijk
letsel oplopen.
WAARSCHUWING:
een goede werking van deze functie de
juiste kettingolie. Bespreek de keuze van
de kettingolie met uw servicedealer.
56
E
A
F
G
Gebruik geen
De
Gebruik voor
•
Gebruik kettingolie van Husqvarna voor een
maximale levensduur van de zaagketting en om
negatieve effecten op het milieu te voorkomen. We
adviseren u om een standaard kettingolie te
gebruiken als Husqvarna-kettingolie niet
verkrijgbaar is.
•
Gebruik een kettingolie die goed aan de
zaagketting hecht.
•
Gebruik een kettingolie met een viscositeitsbereik
dat bij de luchttemperatuur past.
OPGELET:
0 °C worden sommige kettingoliën te
dik, wat kan leiden tot beschadiging van
de onderdelen van de oliepomp.
•
Gebruik de aanbevolen snijuitrusting. Zie
Accessoires op pagina 77 .
•
Verwijder de dop van de kettingolietank.
•
Vul de kettingolietank met kettingolie.
•
Bevestig de dop voorzichtig.
Let op:
Productoverzicht op pagina 42 om te
Zie
zien waar de kettingolietank op uw product is.
Aansluiten van acculader
1. Sluit de acculader alleen aan als de spanning en
frequentie overeenkomen met de specificaties op
het productplaatje.
2. Steek de stekker in een geaard stopcontact. De
LED op de acculader licht eenmaal groen op.
Let op:
De accu wordt niet opgeladen als de
accutemperatuur hoger is dan 50 °C/122 °F. Als de
temperatuur hoger is dan 50 °C/122 °F, zal de
acculader de accu afkoelen voordat de accu wordt
opgeladen.
De accu aansluiten op de acculader
Let op:
Laad de accu op als u deze voor de eerste
keer gebruikt. Een nieuwe accu is slechts 30%
opgeladen.
1. Zorg ervoor dat de accu droog is.
Bij temperaturen onder
1065 - 005 - 29.06.2020