Na het ontkalken:
1.
Plaats de koolfilterhouder (20) in de watertank (14).
2.
Sluit het deksel (24).
3.
Schakel het apparaat uit door op de Aan / Uit toets (1) te drukken.
4.
Houd de hoeveelheid koffie toets (3) en de koffie-intensiteit toets (4) ingedrukt
tot de weergave (D) van het display (8) verdwijnt (afb. C).
5.
Reinig het exterieur van het apparaat met een vochtige doek en droog haar
met een schone, droge doek weer af.
6.
Het apparaat is nu weer klaar voor gebruik.
Het koolfilter vervangen
1.
Open het deksel (24).
2.
Leeg, indien nodig, de watertank (14).
3.
Verwijder de koolfilterhouder (20) uit de watertank (14).
4.
Open het deksel (25)
5.
Verwijder het oude koolfilter (26).
6.
Plaats het nieuwe koolfilter (26).
7.
Sluit het deksel (25).
Opmerking: De koolfilterhouder mag niet in de watertank worden ingezet
voordat het apparaat is ontkalkt. Dit geldt niet wanneer het apparaat voor de
eerste keer wordt gebruikt.
NL
127