8.4. Deurvakken verwijderen en terugplaatsen
Om een deurvak te verwijderen, tilt u het uit de deurvakgeleider.
Om een deurvak terug te plaatsen, schuift u het deurvak van boven naar
beneden op de geleider tot het vastzit.
9. Apparaat bedienen
Sluit het apparaat aan op een geaard stopcontact. De lokale netspanning moet
overeenkomen met de technische gegevens van het apparaat.
Na instelling van de thermostaat wordt de temperatuur in zowel het koelgedeelte
als het vriesgedeelte automatisch geregeld.
Draai de thermostaatregelaar in een van de standen 1– 7.
Het apparaat wordt ingeschakeld.
Geluiden zoals kraken, zoemen of borrelen worden veroorzaakt door
het uitzetten en krimpen van de constructie-elementen als gevolg van
temperatuurschommelingen en/of door het werken van de compressor
en betekenen niet dat het apparaat niet in orde is.
9.1. Apparaat uitschakelen
Om de stroomvoorziening van het apparaat volledig te onderbreken, zet u de
thermostaatregelaar op de stand 0 en trekt u de stekker uit het stopcontact.
Wacht circa tien minuten voordat u het apparaat opnieuw inschakelt.
9.2. Temperatuurregeling
Bij instelling van de thermostaatregelaar in
een van de mogelijke keuzestanden wordt
de temperatuur in zowel het koel- als het
vriesgedeelte automatisch geregeld.
De thermostaatregelaar kan in acht verschillende
standen worden gezet:
0
Apparaat is uitgeschakeld
1
De hoogste temperatuur van het koelgedeelte (het warmst)
2 t/m 6
Tussenstanden
7
De laagste temperatuur van het koelgedeelte (het koudst)
Doe geen levensmiddelen in het koel- en vriesgedeelte, voordat het
apparaat is afgekoeld.
DE
FR
NL
ES
IT
101