6.5. Diep ontladen 12 V accu regenereren/opladen
(regeneratiemodus)
Klem de volledig ontladen (volledig lege accu) vast op de acculader en start een
oplaadproces.
In deze regeneratiemodus wordt de batterij opgeladen totdat het oplaadapparaat
een klemspanning meet die hoog genoeg is voor een reguliere oplaadmodus. De
acculader schakelt vervolgens automatisch over naar een bijpassende oplaadmo-
dus en vervolgt het oplaadproces op de gebruikelijke wijze.
6.6. Beschermfunctie apparaat
Het apparaat wordt beschermd tegen onjuiste ingebruikname. Als de klemmen
worden kortgesloten, als de stroomkring niet is gesloten (de klemmen niet juist zijn
bevestigd) of de batterijspanning onder 7,5 V daalt, blijft het apparaat in de stand-
by modus staan. U kunt het apparaat dan niet in bedrijf stellen.
Wanneer de klemmen verkeerd zijn gepoold (verkeerd om zijn aangesloten), brandt
bovendien led
.
Wanneer de accu zelf defect is gaat op het display
6.6.1. Beveiliging tegen oververhitting
Als de acculader tijdens het oplaadproces te heet wordt, wordt de laadstroom ver-
laagd. Hierdoor wordt voorkomen dat het apparaat beschadigd raakt.
OPMERKING
Door de lagere laadstroom kan de oplaadtijd aanzienlijk worden ver-
lengd.
6.7. De accu loskoppelen
Voer bij het loskoppelen van de accu van de acculader de onderstaande stappen in
deze volgorde uit:
Koppel het apparaat na het opladen los van de netvoeding.
Verwijder de klem voor de minpool (zwart) van de minpool van de accu.
Verwijder de klem voor de pluspool (rood) van de pluspool van de accu.
Sluit de aansluitkabel voor de pluspool van het voertuig weer aan op de plus-
pool van de accu.
Sluit de aansluitkabel voor de minpool van het voertuig weer aan op de minpool
van de accu.
6.8. Uitschakelen
Schakel de acculader uit door de stekker uit het stopcontact te trekken.
-
+
branden.
DE
FR
NL
EN
61