• Gebruik steeds pannen met een diameter die voldoende
groot is om de warme plaat volledig af te dekken zodat alle
beschikbare warmte wordt gebruikt.
• Zorg ervoor dat de bodem van het kookgerei als tijd schoon
en droog is voor een optimaal gebruik en om de levensduur
van de kookzones en de pannen te verlengen.
• Vermijd potten en pannen te gebruiken die u ook op
gasbranders gebruikt: de warmteconcentratie op de
gasbranders kan de bodem van de pan vervormen
waardoor ze niet langer correct past.
Veiligheidsinrichtingen
Pansensor
Iedere kookzone is uitgerust met een pansensor. De kookplaat
straalt enkel warmte uit als een pan met geschikte afmetingen
voor de kookplaat wordt gebruikt.
Het "u"-symbool op het scherm verschijnt als, na de
selectie van de kookplaat, de pan niet op een kookplaat
wordt geplaatst, of:
• Een niet compatibele pan
• Een pan met een te kleine diameter
• De pan werd verwijderd van de kookplaat.
Na 10 sec. zonder pan op de kookplaat weerklinkt een
waarschuwingssignaal.
Na 60 sec. zonder pan op de kookplaat schakelt de
kookplaat
switches off.
Oververhitting bescherming
Als de elektronische elementen oververhitten, begint het
nummer van het vermogen niveau te knipperen, en de
letter "c" verschijnt op het scherm. Als de temperatuur een
geschikt niveau heeft bereikt, verdwijnt dit bericht en de
kookplaat kan opnieuw worden gebruikt.
Veiligheidsschakelaar
Het apparaat heeft een veiligheidsschakelaar die de
kookzones automatisch uitschakelt nadat ze gedurende
een bepaalde tijdsduur heeft gewerkt aan een bepaald
vermogen. Als de veiligheidsschakelaar ingeschakeld is,
geeft het scherm "0" weer.
Bijvoorbeeld: de kookplaat rechts achteraan is ingesteld
op 5 en schakelt uit na 5 uur doorlopende werking, terwijl
de kookplaat links vooraan ingesteld is op 2 en uitschakelt
na 8 uur.
Als een of meerdere knoppen worden ingedrukt gedu-
rende meer dan 10 sec. schakelt de bedieningsknop
uit. sMet alle kookplaten op nul gedurende 10 sec. De
kookplaat wordt uitgeschakeld. Als de uitschakeling te
wijten is aan een ongewenste activering van de knop-
pen, werkt de aanraakbediening zoals hierboven.
Zoemer
Dit kan ook een aantal onregelmatigheden aangeven:
• Een voorwerp (een pan, bestek, etc.) werd gedurende meer
dan 10 seconden op het bedieningspaneel geplaatst.
• Er werd iets gemorst op het bedieningspaneel.
• Een knop werd te lang ingedrukt. Al deze situaties kunnen
ertoe leiden dat de zoemer een geluid weergeeft. Verwijder
de oorzaak van het defect om de zoemer te stoppen. Als
de oorzaak van het probleem niet wordt verwijderd,
blijft de zoemer weerklinken en de kookplaat schakelt
uit.
Fouten en alarmen
Als er een fout wordt gedetecteerd, worden het volledige
apparaat of de kookplaten uitgeschakeld en er weerklinkt
een geluidsignaal (enkel als een of meer kookzones
ingeschakeld zijn) en alle schermen geven de letter "F"
en de foutcode (een cijfer of een letter) alternerend weer.
Als het probleem niet uit zichzelf verdwijnt, moet u contact
opnemen met de Technische dienst.
Vermogensniveau
Begrenzing van de werkingsduur in uren
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Kookplaten
Kookgedeeltes
Linksachter
Rechtsachter
Linksvoor
Rechtsvoor
Totaal vermogen
Kookplaten
Kookgedeeltes
Centraaltsachter
Linksvoor
Rechtsvoor
Totaal vermogen
Legenda:
I = kookgedeelte met eenvoudige inductie
B = booster: inschakelen van het extra vermogen
het kookgedeelte
9
8
7
6
5
4
3
2
1
I 64I 6C6A /FR
Vermogen (in W)
I 1200 - B1600
I 1500 - B 2000
I 1500 - B 2000
I 1200 - B1600
7200
IC 63I 6C6A /FR
Vermogen (in W)
I 1500 - B 2000
I 1500 - B 2000
I 1200 - B1600
5600
33