De alarm-LED (53) knippert blauw
Fout
'Batterijtemperatuur
buiten het normbe-
reik'
De maairobot keert
tijdens de ingestel-
de werktijd terug
naar het laadstation
en/of de accu kan
aan het laadstation
niet worden geladen
'Motor overbelast'
De maairobot is
gestopt in hoog en
dik gras
'Maairobot gekan-
teld'
De maairobot is
omgekanteld en
gestopt
'Maaier vastgere-
den'
De maairobot stopt
op de terugweg
naar het laadstation
Anl_GC_RM_500_SPK9.indb 98
Anl_GC_RM_500_SPK9.indb 98
NL
Mogelijke oorzaak
Te hoge/lage accutemperatuur
resp. overtemperatuur van de
besturing
- Bij een batterijtemperatuur
hoger dan 75 °C keert de
maairobot terug naar het
laadstation (19)
- Bij een batterijtemperatuur
hoger dan 45 °C of lager dan
0 °C wordt het laadproces
gestopt en wacht de maairo-
bot aan het laadstation (19)
- De maairobot is op grond
van een overstroom in de
motor of een motorfout ge-
stopt
- Maairobot is gekanteld
- Maairobot gedurende lange-
re tijd in één richting geheld
- Beweging van de maairobot
door hindernissen aan de
begrenzingsdraad (18) geb-
lokkeerd
- 98 -
Verhelpen
- Kies de werktijd in de zomer in de vroege
ochtenduren en vermijd de inzet van de
maairobot tijdens de hete uren van de dag
- Na het afkoelen van de accu resp. de
besturing tot binnen het toegelaten tem-
peratuurbereik keert de maairobot auto-
matisch terug naar het geprogrammeerde
bedrijf
Schakel de hoofdschakelaar (7) uit (OFF)
en weer in (ON) om de maairobot opnieuw
te starten
- Controleer de hoogte van het gras in het
maaigebied en maai indien nodig met een
conventionele grasmaaier het gras tot kor-
ter dan 60 mm
- Verhoog de snijhoogte. Begin altijd met
een hogere maaihoogte en verlaag deze
in kleine stappen tot aan de gewenste
hoogte
- Onderzoek de messenschijven (11) en
wielen op vervuiling en reinig deze gron-
dig
- Controleer de achterwielen en messen-
schijven (11) op blokkades. Indien u deze
blokkades niet kunt elimineren, wend u
dan tot de bevoegde klantendienst
Druk op de toets 'OK' (61) om de maairobot
opnieuw te starten
- Zet de maairobot op een vlakke onder-
grond en start hem opnieuw
- Indien de maairobot vanwege van een
steile helling in het maaigebied is gekan-
teld, pas de begrenzingsdraad (18) dan
zo aan, dat sterke hellingen worden ver-
meden
Schakel de hoofdschakelaar (7) uit (OFF)
en zet de robot op een andere plek in het
maaigebied. Schakel de hoofdschakelaar
(7) weer in (ON) om de maairobot opnieuw
te starten
- Elimineer alle hindernissen aan de be-
grenzingsdraad (18)
14.11.2019 10:53:33
14.11.2019 10:53:33