De luidsprekers en antenne aansluiten
Sluit de luidsprekers en antenne aan.
Sluit niet de stroomkabel van deze eenheid aan voordat u alle kabels hebt aangesloten.
Als de radio-ontvangst slecht is, moet u proberen de hoogte, richting of plaats van de antenne te wijzigen om een locatie te
zoeken die betere ontvangst heeft.
Als u een commercieel beschikbare buitenantenne gebruikt, in plaats van de meegeleverde antenne, dan is de ontvangst
mogelijk beter.
Luidsprekers
• U moet de isolatie (afdekking) van de punt van de luidsprekerkabel lostrekken om
de geleider bloot te stellen.
• Controleer de aansluitingen; zorg dat links en rechts (L, R) en polariteit (rood: +,
zwart: –) juist zijn aangesloten. Als de aansluitingen onjuist zijn, zal het geluid
onnatuurlijk zijn en kunnen lage frequenties onvoldoende zijn. Als de aansluitingen
onjuist zijn, is er mogelijk helemaal geen geluid.
• Zorg dat de geleiders van de luidsprekerkabel elkaar niet aanraken en dat ze geen
ander metalen onderdeel aanraken. Zulke omstandigheden kan deze eenheid of de
luidsprekers beschadigen.
• Gebruik alleen de meegeleverde luidsprekers. Andere luidsprekers gebruiken kan in
onnatuurlijk geluid resulteren.
• Als u deze eenheid in de buurt van een CRT-display gebruikt en u merkt in het
display kleurverstoring of ruis, moet u de luidsprekers verder van het display
verplaatsen.
Aan het wissel-
stroomstopcontact
4
Nl
AANSLUITINGEN
ANTENNA
FM
AUX IN
(MCR-B043)
Meegeleverde antenne
Zorg dat u de antenne uittrekt.
SPEAKERS
Draai de ontblote
draden strak, zodat de
afzonderlijke strengen
niet worden gespreid.