Montage LEICHTmount 2.1 S10
Voor de demontage moeten de fotovoltaïsche modules van het elektriciteitsnet
worden gescheiden.
Alle elektrische leidingen (kabellussen en stekkerverbindingen) van de fotovoltaïsche
modules moeten losgekoppeld en uit het draagsysteem verwijderd worden.
Verwijder hierna de modules en berg deze veilig op. Een incorrect
uitgevoerde demontage kan leiden tot schade aan de modules.
Alle onderdelen van het draagsysteem demonteren en veilig opbergen.
Eventuele openingen in de dakbedekking moeten vakkundig afgedicht worden.
1.7 Ontruiming
Het S:FLEX-montagesysteem bestaat uit aluminium, stalen en roestvrijstalen onderdelen. Deze kunnen na
demontage aan een recyclagecentrum worden bezorgd. Voer het draagsysteem alleen af bij een erkend
afvalverwerkingsbedrijf (AVB). Hou steeds rekening met de nationale geldende normen en richtlijnen.
2
Montage LEICHTmount 2.1 S10
LEICHTmount 2.1 S10 – Eigenschappen
Oriëntering zuid, modulehelling 10°, schaduwhoek 18°
Modulerij-afstand: 527 mm (I)
Montageafstand: 1.507-1.609 mm (II)
Modulegrootte: 950 - 1050 mm x 1.473 - 1.725 mm (III)
Afb. 01
Basisvoorwaarden voor de moduleveldgrootte
Het S:FLEX LEICHTmount 2.1 S-systeem laat een variabele moduleopstelling toe. Dit maakt een opti-
male benutting van het dakoppervlak mogelijk. Over het algemeen is de moduleopstelling volgens het
projectrapport altijd bepalend voor de moduleveldgrootte. De maximale moduleveldgrootte bedraagt
120 modules (12 modules per rij bij 10 opeenvolgende rijen).
2.1 Systeemopbouw
LEICHTmount 2.1 S standaard
LEICHTmount 2.1 S Alpine voor hoge belasting
Het standaardsysteem is ontworpen voor normale wind- en sneeuwbelastingen, het Alpine-systeem
voor hoge wind- en sneeuwbelastingen. Alle waarden zijn ontwerpwaarden als lastencombinatie van
eigen gewicht, winddruk en sneeuw.
Deze cijfers zijn dus slechts indicatief. De informatie uit het projectrapport is altijd doorslaggevend!
56
S:FLEX GmbH ● Reinbeker Weg 9 21029 Hamburg Germany ● www.sflex.com