Bionaire BDH001X Notice D'utilisation page 23

INSTRUCTIES
Beschrijving (figuur 1)
1. Bedieningspaneel
2. Luchtinlaatklep
3. Waterreservoir
4. Afvoer (aan de achterkant)
Bedieningspaneel (figuur 2)
A. Knop voor vochtigheidsinstelling
B. Aan/uit-knop
C. Aan/uit-lampje
D. Lampje 'Reservoir vol'
E. Ontdooilampje
F. Lampjes voor vochtigheidsinstelling
GEBRUIKSAANWIJZING
Steek de stekker in een stopcontact.
Druk de aan/uit-knop in om het apparaat in te
schakelen.
Druk op de knop voor de vochtigheidsinstelling
en kies het gewenste vochtigheidsniveau.
Druk meerdere malen op de knop voor de
vochtigheidsinstelling om door de verschillende
vochtigheidsniveaus te lopen.
VOCHTIGHEIDSINSTELLING
Met de vochtigheidsinstelling stelt u het
vochtigheidsniveau in.
Voorbeeld: Als u 60% selecteert, schakelt het
apparaat automatisch in als de luchtvochtigheid 60%
of hoger is, en schakelt dan weer automatisch uit als
het gewenste niveau is bereikt.
WATERRESERVOIR VOL
Als het lampje 'Waterreservoir vol' brandt, schakelt
de ontvochtiger automatisch uit.
Neem het waterreservoir uit de voorkant van het
apparaat en leeg het reservoir. Breng het lege
reservoir weer aan. Het apparaat begint dan weer te
werken.
AUTOMATISCH ONTDOOIEN
Als de compressor moet ontdooien, schakelt
de ontvochtiger automatisch uit en wordt de
ontdooicyclus gestart.
Het ontdooilampje gaat branden.
Als de compressor is ontdooid, begint de
ontvochtiger weer te werken.
AFVOERSLANG
Steek de meegeleverde afvoerslang in de afvoer aan
de achterkant van de ontvochtiger. Het verzamelde
vocht wordt nu continu via de slang afgevoerd en
het waterreservoir hoeft niet meer met de hand
te worden geleegd. Leg het open uiteinde van de
afvoerslag in een geschikte afvoer waar het water
van de ontvochtiger weg kan lopen.
OPMERKING: De afvoerslang moet naar een lager
niveau dan de afvoeropening in het apparaat lopen
om goed te kunnen werken. Zelfs als het water
constant via de slang wordt afgevoerd, kan er
nog een kleine hoeveelheid water in het reservoir
stromen.
INLAATKLEP
Door de inlaatklep te openen, stroomt er meer
lucht in de ontvochtiger en werkt het apparaat
efficiënter. Het luchtinlaatniveau wordt afgesteld
door de inlaatklep onder een hoek te zetten.
Zo wordt geregeld hoe snel de ontvochtiger het
vochtigheidsniveau bereikt.
REINIGING EN ONDERHOUD
1. Zet het apparaat uit en verwijder de stekker uit
het stopcontact.
2. Verwijder en leeg het waterreservoir en reinig
dit met warm water.
3. Neem het apparaat af met een zachte, schone
doek. Reinig het apparaat niet met schurende
reinigingsmiddelen.
4. Het filter wordt gereinigd door dit zorgvuldig uit
de achterkant van het apparaat te verwijderen
en met een stofzuiger schoon te zuigen of
onder koud water af te spoelen. Laat het filter
goed drogen voordat u dit weer aanbrengt.
INSTRUCTIES VOOR OPSLAG
Als de ontvochtiger niet wordt gebruikt:
5. Zet de ontvochtiger uit en verwijder de stekker
uit het stopcontact.
6. Reinig en droog het apparaat grondig volgens
de bovenstaande reinigingsinstructies.
7. Controleer of alle onderdelen goed droog
zijn voordat u het apparaat opbergt. Berg het
apparaat niet op als er nog water in het reservoir
zit.
8. Zet het apparaat rechtop in een koele, droge
ruimte.
23