3. Veiligheidsinstructies
3.1. Gebruiksveiligheid
• Dit apparaat mag niet worden ge-
bruikt door personen (inclusief
kinderen) met beperkte lichame-
lijke, zintuiglijke of intellectue-
le vermogens en/of onvoldoen-
de ervaring en/of kennis, tenzij dit
gebeurt onder toezicht van een
voor hun veiligheid verantwoor-
delijke persoon of de personen
zijn geïnstrueerd in het juiste ge-
bruik van het apparaat. Kinderen
moeten onder toezicht staan om
ervoor te zorgen dat ze niet met
het apparaat spelen.
• Volg tevens de gebruiksaanwij-
zingen van de apparaten op die u
met het WLAN-repeater verbindt.
194 van 288