Ryobi LLCDI1402 Manuel D'utilisation page 32

NL
GB FR DE ES IT
WERKING
DRAAIMOMENT AFSTELLEN
Zie afbeelding 7.
Wanneer u de klopboormachine voor verschillende
klopboortoepassingen gebruikt, wordt het noodzakelijk
om het draaimoment te verhogen of verlagen om te
helpen voorkomen dat de schroefkoppen, -draden,
werkstuk, enz. beschadigd raken. Over het algemeen
dient het draaimoment overeen te komen met de
schroefdiameter. Indien het draaimoment te hoog is of
de schroeven te laag, kunnen de schroeven beschadigd
raken of breken. Het draaimoment wordt afgesteld door
aan de afstelring voor het draaimoment te draaien. Het
draaimoment is groter wanneer de afstelring in een
hogere stand is ingesteld. Het draaimoment is kleiner
wanneer de afstelring in een lagere stand is ingesteld.
De juiste instelling hangt af van het type materiaal en de
afmeting van de schroef die u gebruikt.
OPBERGVAK VOOR SCHROEFBITS
Zie afbeelding 2.
Als u de schroefbits niet gebruikt, kunt u de bij deze
machine geleverde schroefbits opbergen in het
opbergvak dat speciaal hiervoor aan de voet van de
machine is ingericht.
BOREN INSTALLEREN
Zie afbeelding 8.
■ Vergrendel de snelheidsschakelaar door de links-
/rechtsschakelaar in de middenpositie te plaatsen.
■ Open of sluit de stiftklemmen tot op het punt waar de
opening een klein beetje groter is dan de diameter van
de boor die u zult gebruiken. Til de voorkant van de
machine een beetje op om te voorkomen dat de boor
uit de stiftklemmen valt.
Breng de boor in.
■
■ Span de boorklemmen aan langs de boor.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de boor recht in de boorklemmen
wordt geplaatst. Breng de boor niet scheef in de
boorklemmen in en span deze dan aan. Dit kan
ervoor zorgen dat de boor uit de machine wordt
geslingerd, wat kan leiden tot ernstig letsel of
schade aan de boorhouder.
OPMERKING: Draai de boorhouder in de richting van de
pijl die VERGRENDELEN aanduidt om de boorklemmen
te sluiten. Gebruik geen sleutel om de boorklemmen aan
te spannen of los te maken.
PT DK SE FI NO RU
Nederlands
BOREN VERWIJDEREN
Zie afbeelding 8.
■
■
OPMERKING: Draai de boorhouder in de richting van
de pijl met de aanduiding ONTGRENDELEN om de
boorklemmen los te maken. Gebruik geen sleutel om de
boorklemmen aan te spannen of los te maken.
■
BOREN
■
■
■
■
■
■
■
■
28
PL CZ HU RO LV LT
Vergrendel de snelheidsschakelaar door de links-/
rechtsschakelaar in de middenpositie te plaatsen.
Open de boorklemmen.
Verwijder de boor.
Controleer de links-/rechtsschakelaar op de juiste
instelling (linksom/rechtsom).
Maak het materiaal dat moet worden geboord d.m.v.
een vijzel of met klemmen vast om te vermijden dat
het met de boor meedraait.
Houd de machine stevig vast en plaats de boor op het
punt waar moet worden geboord.
Druk de snelheidsschakelaar in om te beginnen met
boren.
Plaats de boor in het werkstuk en oefen niet meer druk
uit dan nodig om ervoor te zorgen dat de boor blijft
boren. Forceer de boor niet of oefen geen zijdelingse
druk uit om het boorgat te vergroten. Laat de machine
het werk voor u doen.
WAARSCHUWING
Houd er rekening mee dat de boor vast
raakt wanneer hij door het materiaal heen
gaat. Wanneer dit gebeurt, heeft de machine
de neiging om zich vast te hechten en in
tegengestelde draairichting terug te slaan,
waardoor u de controle zou kunnen verliezen
op het moment dat de machine zich door het
materiaal heen heeft geboord. Indien u hier geen
rekening mee houdt, kan dit leiden tot ernstig
letsel.
Gebruik bij het boren door harde, effen oppervlakten
een centermerk om de gewenste boorlocatie
aan te duiden. Zo voorkomt u dat de boorvan de
centrumpositie wegglijdt wanneer u begint te boren.
Breng bij het boren door metaal een beetje olie op de
boor aan om te voorkomen dat hij oververhit raakt. De
olie zal de levensduur van de boor verlengen en de
boorcapaciteit verhogen.
Indien de boor in het werkstuk vast raakt of indien de
machine hapert, stop de machine dan onmiddellijk.
Verwijder de boor uit het werkstuk en ga na wat de
reden is voor het vast raken.
EE HR SI SK GR TR