VOORBEREIDING
1. Plaats een ½" of ¼" rechte freesbit in de spanhuls van
uw freesmachine. (De maat bepaald niet of u ½" of ¼"
verbindingen maakt. ½" en ¼" bits zijn verkrijgbaar
voor beide maten)
LET OP: Hoewel alle ½" rechte freesbits gebruikt
kunnen worden produceren sommige soorten hardhout
lange bramen waardoor de stofontginning geblokkeerd
kan worden. In deze gevallen gebruikt u een freesbit
met een tussenruimte. ¼" freesbits behoeven een
langzamere doorgaan om verstopping te voorkomen.
Stel de freeshoogte zo in dat de punt ongeveer 0,5 mm
boven de dikte van het werkstuk uitsteekt
2. Wanneer de vingerfrees op de freesmachine is
aangesloten (stap 1), verwijdert u de MDF frame
voorvlakken tijdelijk
3. Draai de ronde knoppen losser en stel het verstelbare
frame ongeveer 100 mm weg van, en parallel op het
vaste frame. Draai de ronde knoppen vast
4. Trek de vingerfrees naar de voorzijde van de tafel, dit
is de startpositie. Het freesbit hoort net in het vaste
frame te vallen zonder de frees ring te raken. Wanneer
het freesbit de ring raakt controleert u of de ring juist
gemonteerd is. Zie stap 4
Duw de vingerfrees naar de achterzijde van de tafel.
Het freesbit hoort net in het verstelbare frame te vallen
zonder de frees ring te raken.
5. Positioneer de vingerfrees zo dat het freesbit ongeveer
halfweg tussen de frames zit en plaats de MDF
voorvlakken terug
Start de freesmachine en schuif de vingerfrees
voorwaarts en terug om door de MDF voorvlakken te
frezen.
LET OP: Ook kan hierbij in de aluminium frames
gefreesd worden – dit geeft een maximale
ondersteuning en zal het freesbit niet beschadigen
In gebruik: de MDF voorvlakken zullen na elke nieuwe
instelling opnieuw gefreesd worden. Positioneer deze
zodat ze een maximale ondersteuning bieden aan beide
zijden van de snede.
6. Zorg ervoor dat de juiste vinger wordt gebruikt –
¼" vinger voor ¼" freesbits en ½" vingers voor
½" freesbits. Draai de moeren die de vinger en
vingerbegrenzers vast houden los.
Verstel de vinger zodat deze exact één freeswijdte (
of ½") van het freesbit af staat. (De afstand tussen
het freesbit en de rand van de vinger is ¼" of ½" – de
NL
schacht van een freesbit help bij het vinden van de
juiste afstand) Draai de moer vast. Zie figuur 4a en b.
Verstel de juiste vingerbegrenzer (¼" of
vinger en draai de moer vast. Voor ½" gebruikt u de
begrenzer op de beugelzijde en voor ¼" gebruikt u de
begrenzer op de schuif zijde van de vingers. Zie figuur
5 a en b.
Voorbereiding
16
In gebruik: de vinger begrenzer geeft een referentie
punt voor vinger verstellingen en houdt de vingerpositie
wanneer deze gewisseld wordt. Draai de ongebruikte
begrenzer uit de weg vast tot deze nodig is bij het
gebruik van de andere vinger
7. Het beginzaag hulpstuk (38) heeft een ¼" stap op
de ene zijde en een ½" stap op de andere zijde. Het
bepaald tevens de positie van de eerste vinger. Zet
op als weergegeven in figuur 5a en b (gezien van de
voorzijde). Plaats de begrenzer op de ondersteuning
met de sleutels in de lange gleuven. Draai de moeren
los en positioneer de ondersteuningen om de rand
van de begrenzer uit te lijnen met het midden van het
freesbit (! In figuur 5a en b). Gebruik een winkelhaak
om te controleren of de hoek 90° is. Verstel, na het
maken van een oefen snede, wanneer nodig.
Fig. 4a
Fig. 4b
⁄
"
1
4
⁄
") tegen de
1
2
Fig. 5a
⁄
"
1
2
32
⁄
"
1
2
33
⁄
"
1
4
!
38
90°
⁄
"
1
2