<DV14DSDL / DV18DSDL>
(3) Voor gebruik als klopboormoet u de " " hamer
markering op de koppelingsinstelling in lijn brengen
met het driehoekje op de behuizing van de machine.
LET OP:
De koppelingsinstelling mag niet in een stand
worden gezet tussen de nummers "1, 3, 5 ... 22"
of de stippen in.
Gebruik de machine niet met de koppelingsinstelling
tussen "22" en het streepje in het midden van de
boor-markering. Dit kan resulteren in beschadiging.
(Zie Afb. 6, 8)
2. Afstelling van het aantrekkoppel
(1) Aantrekkoppel
Instelling van het aantrekkoppel van de boor dient
te gebeuren op basis van de schroefdiameter. Wan
neer teveel kracht bij het aandraaien gebruikt wordt,
zal de schroef beschadigd en misschien onbruikbaar
worden. Plaats de koppelingsinstelling in een stand
die geschikt is voor de diameter van het soort
schroef in gebruik.
(2) Aanduiding van het aantrekkoppel
Het aantrekkoppel verschilt afhankelijk van het type
schroef en het soort materiaal dat wordt vastgezet.
De machine geeft het aantrekkoppel aan met
nummers "1, 3, 5 ... 22" op de koppelingsinstelling
en stippen. Het aantrekkoppel bij stand "1" is het
kleinst en het koppel wordt groter naarmate het
nummer oploopt. (Zie Afb. 5, 7)
(3) Instellen van het aantrekkoppel
Draai de koppelingsinstelling rond en plaats de
nummers "1, 3, 5 ... 22" op de kap, of de stippen,
tegenover het driehoekje op de machine. Draai de
koppelingsinstelling in de richting van een zwakker
of sterker aantrekkoppel overeenkomstig het koppel
dat u nodig heeft.
LET OP:
Het kan voorkomen dat de motor stopt wanneer het
apparaat als een dril gebruikt wordt.
Zorg ervoor dat de boor schroef-machine niet vast
loopt tijdens gubruik.
Wanneer te lang gedraaid wordt kan de schroef
breken.
Werk
Steen <DV14DSDL / DV18DSDL>
Hout
Boren
Staal
Aluminium
Kolomschroef
Drijven
Houtschroef
3. Wisseling van rotatie naar impakt en uitsluitend
rotatie <DV14DSDL / DV18DSDL> (Zie Afb. 7)
U kunt van „Rotation (uitsluitend rotatie)" naar
„Impact (impakt + rotatie)" schakelen door de
boormarkering „
lijn te brengen met de driehoek markering op de
machine.
Voor het boren van gaten in metaal, hout of plastic,
moet u „Rotation (uitsluitend rotatie)" gebruiken.
Voor het boren van gaten in steen of beton, moet
u „Impact (impakt + rotatie)" gebruiken.
VOORZICHTIG:
Indien „Impact" is ingesteld voor het boren dat
normaliter met „Rotation" wordt uitgevoerd, zal de
kracht van het boren sterker zijn maar wordt het
boorstuk of andere delen mogelijk beschadigd.
4. Veranderen van de draaisnelheid
Gebruik de toerenschakelaar om de draaisnelheid
te veranderen. Druk op de vergrendeltoets en schuif
de toerenschakelaar in de richting van de pijl (Zie
Afb. 9 en 10).
Door de toerenschakelaar op "LOW'' te zetten, draait
de boor met lage snelheid. Wanneer de toets "HIGH''
gezet wordt, draait de boor op hoge snelheid.
LET OP:
Wanneer de draaisnelheid met de toerenschakelaar
veranderd wordt, dient de schakelaar uitgezet te
worden, en de keuzeschakelaar dient op "O'' (OFF)
gezet te worden.
De motor wordt beschadigd wanneer de draais nelheid
veranderd wordt tijdens het draaien van de motor.
Als u de toerenschakelaar op "HIGH" (hoog
toerental) zet, terwijl de koppelingsinstelling op "17"
of "22" staat, kan het gebeuren dat de koppeling
doorslipt en dat de motor vast komt te staan. Zet
in dat geval de toerenschakelaar op "LOW" (laag
toerental).
Schakel de netspanning onmiddelijk uit wanneer de
motor vast loopt. Dit om te voorkomen dat de
motor of accu beschadigd wordt.
Draai aan de toerenschakelaar.
5. Manieren en suggesties voor gebruik
Tabel 4 geeft een overzicht van de diverse
werkzaamheden die met dit apparaat kunnen worden
uitgevoerd op basis van de mechanische
eigenschappen van dit gereedschap.
Tabel 4
Gebruik een boor en dopsleutel die met de diameter van de
schroef overeenkomen.
Bohrespitze of Hülse dem Schraubendurchschnitt verwnden.
Gebruik na het voorboren van gat.
" of de hamermarkering „ " in
Suggesties
Nederlands
56