10. Als het apparaat niet meer wordt gebruikt, de netstekker uit de contactdoos trekken
en het motorblok apart leggen.
11. De beschermkap verwijderen en de levensmiddelen uit de opvangbak nemen. LET
OP! Daarbij niet in de mesjes grijpen!
Reinigen en opbergen
LET OP!
■
Trek vóór elke reiniging de netstekker uit het stopcontact!
■
Alle toebehoren, behalve de motoreenheid (!) zijn geschikt voor reiniging in de vaat-
wasser.
■
Reinig het motoreenheid niet in de vaatwasser!
■
Gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen en schuursponsjes. Deze
kunnen de oppervlakken beschadigen.
1. Het motoras (6, 7) aftrekken van de opname voor het motoras (A).
2. Eventueel de roerder (4), de garde (3) of de opzetstuk met messen (2) voorzichtig
van het motoras aftrekken.
3. Het motoreenheid (8) met een licht vochtige doek afvegen en vervolgens grondig
afdrogen.
6. De beschermkap (5) op de opvangbak plaatsen. Erop let-
ten dat hij goed zit (zie afbeelding).
De siliconen sluiting (B) op de beschermkap dient er-
B
toe dat resterende levensmiddelen gedurende korte
tijd in de opvangbak bewaard kunnen blijven. Hij mag
tijdens het gebruik niet op de opening voor de moto-
ras zitten.
7. Het motoreenheid op de beschermkap plaatsen. Erop let-
ten dat hij correct wordt geplaatst. De vergrendeling moet
in de uitsparing op de beschermkap zitten (zie afbeelding).
8. De aan- / uitschakelaar (9) indrukken en ingedrukt hou-
den. De motoras gaat draaien en de mesjes snijden resp.
de roerder of de garde vermengt de levensmiddelen.
9. De aan- / uitschakelaar loslaten, zodra de levensmiddelen
volledig zijn gesneden resp. zijn doorgeroerd.
33
NL