Installatie
De unit kan in iedere positie geïnstalleert worden mits voor voldoende koeling gezorgt is.
Het is belangrijjk nooit de ventilator of de koelingsopeningen te verstoppen. Bij de keuze van d'installatie plaats denk
eraan dat de plaats gemakkelijk bereikbaar is voor onderhouds en reinigingsdoeleinden.
Gebruik altijd veiligheidskabels.
Bescherm het toestel tegen regern, vochtigheid en extreme temperatuurveranderingen. Kies een plaats met
voldoende ventilatie.
Bevestig het toestel via de schroef gaten op de houder. Wees zeker dat het toestel vast geïnstalleerd is om trillingen
en afglijden tijdens de werking te vermijden. Wees zeker dat de truss waaraan u het toestel bevestigd, stabiel is en
10 keer het gewicht van het toestel kan dragen. Tijdens de montage, gebruik altijd een veiligheidskabel dat 12 keer
het gewicht kan dragen.
Het toestel moet van een vakman op een plaats monteert worden waar het buiten het bereik van mensen is en
niemand onder kan staan.
Data aansluiting
Gebruik data kabels om toestellen met elkaar te verbinden. Indien U uw eigen kabel bouwen wilt gebruik
hoogwaardige kabels die het signaal goed overdragen en niet gevoelig zijn voor elektromagnetische interferenties.
KABELCONNECTOREN
De kabel moet een XLR stekker op één eind en een XLR contra op het andere eind hebben.
DMX connector configuratie
De eindweerstand vermindert signaalfouten. Om transmissie problemen en storingen te voorkomen is het
aanbevolen een DMX signaal eindweerstand aan te sluiten.
LET OP
Geen contact maken tussen common en chassis massa. Indien de common op de massa aangesloten is kan een
aardlus ontstaan en het toestel werkt willekeurig. Controleer de kabels d.m.v. een ohmmeter om de polariteit te
controleren en te waarborgen dat de pins niet op aarde aangesloten of met elkaar kortgesloten zijn.
CONTROLE PANEEL
Druk de MENU toets om in het hoofdmenu te gaan. Druk de UP/DOWN
toetsen totdat u de gewenste functie bereikt. Druk ENTER. Wijzig de
waarde d.m.v. de UP/DOWN toetsen en druk ENTER. Houd nu de MENU
toets ingedrukt tijdens tenminste 3 seconden om de instelling te
bevestigen en in het geheugen op te slaan. Indien de MENU toets niet
gedurende 8 seconden wordt ingedrukt zal het toestel de instelling
automatisch opslaan. Druk MENU om het menu zonder wijzingen te verlaten.
FUNCTIETABEL
ADDR
CHND
SLND
SHND
SOUN
©Copyright LOTRONIC 2016
COMMON
DMX +
INGANG
DMX-
A001 - A512, instelling van de DMX adres
10 ch of 21 ch, kies de kanaal modus
Master / slave
SP 0 – SP9, kies de snelheid in geluidsactiveerde/auto modus
On – Off (SOUND CONTROL)
8ROLL-FX
120 ohm 1/ 4W
weerstand tussen pin
2 (DMX-) en pin 3
(DMX+) van de laatste
unit.
Page 36