•
Verstuif geen ontvlambare vloeistoffen.
Er bestaat gevaar voor een ontploffing.
•
Als u met reinigingsmiddel in aanra-
king komt, spoelt u met overvloedig
zuiver water.
•
Bewaar het apparaat op een droge
plaats en buiten de reikwijdte van kin-
deren.
Opgepast! Zo vermijdt u
schade aan het apparaat en
eventueel daaruit
ende lichamelijke letsels:
•
Werk niet met een beschadigd, onvol-
ledig of zonder de toestemming van de
fabrikant omgebouwd apparaat. Laat
vóór ingebruikname door een vakman
controleren dat de vereiste elektrische
beschermingsmaatregelen getroffen
werden.
•
Neem het apparaat niet in gebruik
wanneer het netaansluitingssnoer de
watertoevoer of andere belangrijke
onderdelen zoals de hogedrukslang of
het spuitpistool beschadigd resp. lek
is/zijn.
•
Bescherm het toestel tegen vorst en het
drooglopen.
•
Hogedrukslangen, armaturen en
koppelingen zijn belangrijk voor de
veiligheid van de machine. Gebruik
uitsluitend door de fabrikant aanbe-
volen hogedrukslangen, armaturen en
koppelingen.
•
Maak uitsluitend gebruik van originele
accessoires en voer geen ombouw van
het apparaat door.
•
Gelieve over het onderwerp „Onder-
houd en reiniging" de in de gebruiks-
aanwijzing vermelde instructies te
lezen. Alle daarbuiten ressorterende
maatregelen, in het bijzonder het ope-
nen van het apparaat, dienen door
een geautoriseerde elektricien getrof-
fen. Richt u in geval van een reparatie
altijd tot ons servicecenter.
Elektrische veiligheid:
•
voortvloei-
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Opgepast: zo vermijdt u on-
gevallen en verwondingen
door een elektrische schok:
Bij gebruik van een verlengleiding
moeten stekker en koppeling water-
dicht zijn.
Ongeschikte verlengleidingen
kunnen gevaarlijk zijn. Er bestaat
gevaar voor lichamelijk letsel door
elektrische schok.
Bescherm de elektrische steekverbin-
dingen tegen vochtigheid.
Bij overstromingsgevaar de geleider-
bruggen in de tegen een overstroming
beveiligde zone aanbrengen.
Let erop dat de netspanning met de ge-
gevens van het typeaanduidingplaatje
overeenstemt.
De netaansluiting moet door een erva-
ren elektricien doorgevoerd worden en
aan de door de IEC 60364-1 gestelde
eisen voldoen.
Sluit het apparaat enkel op een
contactdoos met aardlekschakelaar
(differentieelschakelaar) met een toe-
gekende lekstroom van niet meer dan
30 mA aan.
Controleer telkens vóór gebruik appa-
raat, snoer en stekker op beschadigin-
gen.
Als het netsnoer van dit apparaat be-
schadigd wordt, moet het vervangen
worden door een speciaal netsnoer,
dat via de fabrikant of via zijn klanten-
serviceafdeling verkrijgbaar is.
Gebruik het snoer niet om de stekker
uit de contactdoos te trekken. Be-
scherm het snoer tegen hitte, olie en
scherpe randen.
Draag of bevestig het apparaat niet
aan het snoer.
NL
BE
69