Betekenis van de
storingsmeldingen
Code
Omschrijving
A0
NTC voeler Tge is defect.
(= Temperatuur van de buiten-
lucht t.b.v. bodemwisselaar)
A1
NTC voeler T1 is defect.
(= Temperatuur van de buiten-
lucht)
A2
NTC voeler T2 is defect.
(= Temperatuur van de toevoer-
lucht)
A3
NTC voeler T3 is defect.
(= Temperatuur van de retour-
lucht)
A4
NTC voeler T4 is defect.
(= Tempeeratuur van de afvoer-
lucht)
A5
Storing aan de motor van de
bypass.
A6
Storing aan de motor van het
vorstvrij element
A7
Vorstvrij element verwarmt niet
voldoende.
A8
Vorstvrij element wordt te heet.
A10
NTC voeler Tch is defect.
(= Temperatuur in de Comfo-
Hood)
A11
NTC voeler Tah is defect.
(= Temperatuur van de naver-
warmer)
E1
Afvoerventilator draait niet.
E2
Toevoerventilator draait niet.
E3
Temperatuurvoeler ComfoHood
te hoog.
E4
De ventilatie-unit is uitgescha-
keld via extern contact.
EA1
Enthalpyvoeler meet te hoge
Relatieve Vochtigheid (RH)-
waarden.
EA2
De ventilatie-unit heeft geen
communicatie met de enthal-
pievoeler.
Code
Omschrijving
EA15
De ventilatie-unit heeft geen
communicatie met de CC Luxe.
EA16
CC Luxe heeft geen communi-
catie met de Artic.
Filter
Filter is vuil
C1
Condenser van de Artic wordt
te heet.
C2
Compressor van de Artic is
defect.
C3
NTC voeler Tcon van de Artic
is defect.
(= Temperatuur van de con-
densor)
C4
NTC voeler Tin van de Artic is
defect.
(= Temperatuur van de inblaas-
lucht)
15 NL