4. HET ACCUPACK VERWIJDEREN OF PLAATSEN (ZIE
AFB. I)
Druk de ontgrendelknop van het accupack in om de twee
accupacks uit uw gereedschap te kunnen halen. Doe na
het opladen de 2 accupacks in de accuruimtes. U hoeft
alleen maar licht te duwen en wat druk uit te oefenen tot
een klik hoorbaar is. Controleer om te zien of de batterij
volledig is vastgemaakt.
OPMERKING:
•
Verwijdert u het batterijpakket, houd het
dan stevig vast zodat het niet valt en letsel
veroorzaakt.
•
Dit apparaat draait alleen als er twee accu's zijn
geplaatst. Gebruik altijd dezelfde twee accu's en
laad de twee accu's op hetzelfde moment op.
•
Als u twee accu's met verschillend vermogen
gebruikt, zal de machine alleen draaien volgens
de laagste gemeenschappelijke noemer.
5. IN- EN UITSCHAKELEN (ZIE AFB. J)
Attentie: Controleer het accupack voordat u uw
draadloze gereedschap gaat gebruiken.
Gebruik alleen het accupack dat in het
hoofdstuk Accessoires figureert.
Als u de machine wilt inschakelen, drukt u op de
inschakelblokkering, vervolgens drukt u de aan/
uitschakelaar helemaal in en houdt u de schakelaar in deze
stand vast. De inschakelblokkering kunt u nu loslaten.
Als u de machine wilt uitschakelen, laat u de aan/ uit-
schakelaar los.
OPMERKING: De kettingrem moet geactiveerd worden,
86
zodat de zaag ingeschakeld kan worden.
6. KETTINGREMHENDEL (ZIE AFB. K)
De kettingrem is een beschermingsmechanisme dat bij
terugslag van de machine wordt geactiveerd door het naar
voren duwen van handbescherming.
Voer van tijd tot tijd een functietest uit. Trek de handguard
naar de gebruiker ( positive ①) om hem uit te doen. Om
de kettingrem weer te activeren, druk de handguard naar
voren ( positive ②).
OPMERKING: Als de zaag niet kan starten, hoewel hij correct
in elkaar gezet is en de accupacks geheel opgeladen zijn, dan
moet u controleren of de kettingremhendel in de correcte
positie staat (positie ①).
7. WERKZAAMHEDEN
Belangrijk: Is de olietank gevuld? Controleer
de oliepeilaanduiding voor de
werkzaamheden en regelmatig tijdens de
werkzaamheden (Zie afb. L). Vul olie bij wanneer het
oliepeil de onderkant van het peilglas bereikt heeft.
De vulling is voldoende voor ca. 12 minuten,
afhankelijk van de pauzes en de intensiteit van de
werkzaamheden.
Controleer de kettingspanning tijdens het zagen elke
10 minuten
1) Installeer de batterijdoos in de machine.
2) Controleer of het deel van de boomstam niet op de
grond ligt. Dit verhindert dat de ketting de grond raakt
wanneer door de stam wordt gezaagd.
Als de grond wordt geraakt terwijl de ketting beweegt,
Draadloze kettingzaag
kan dit gevaar opleveren en wordt de ketting bot.
3) Houd de zaag met beide handen stevig vast. Neem
het voorste handvat in de linkerhand en het achterste
handvat in de rechterhand. Gebruik een stevige greep.
Omsluit de grepen altijd met duim en vingers. (Zie afb.
M).
4) Zorg dat u een stabiele positie aanneemt. Zet de
voeten op schouderbreedte uit elkaar. Verdeel uw
gewicht gelijkmatig over beide voeten.
5) Wanneer u klaar bent om te zagen, duwt u de
ontgrendelingsknop volledig naar binnen met de
rechterduim en drukt u de starter samen. Hierdoor
wordt de zaag ingeschakeld. Als u de starter loslaat,
wordt de zaag uitgeschakeld. Controleer of de zaag op
volle snelheid werkt voordat u het zagen start.
6) Wanneer u begint te zagen, plaatst u de bewegende
ketting langzaam tegen het hout. Het hout moet zo
dicht mogelijk bij de zaag zijn. Houd de zaag stevig op
zijn plaats om mogelijk stuiteren of glijden (zijdelingse
beweging) van de zaag te voorkomen.
7) Geleid de zaag met lichte druk en oefen geen
overmatige kracht uit op de zaag, laat de zaag het werk
doen. De motor wordt overbelast en kan doorbranden.
Hierdoor doet de zaag zijn werk beter en veiliger aan de
snelheid waarvoor deze was bedoeld.
8) Verwijder de zaag uit een inkeping terwijl de zaag op
volle snelheid werkt. Stop de zaag door de aan/uit-
schakelaar los te laten. Controleer of de zaag is gestopt
voordat u de zaag neerzet.
9) Blijf op een veilige plaats oefenen, totdat u vertrouwd
bentmet de zaag, gebruik een vloeiende beweging en
een constante zaagsnelheid
Apparaten voor de terugslagveiligheid op deze zaag
Deze zaag heeft een ketting met een lage terugslag en een
kettinggeleider met verminderde terugslag. Beide items
verminderen de kans op terugslag. Er kan echter nog steeds
wat terugslag optreden met deze zaag.
Ter voorkoming van zaagterugslag.
•
Houd de zak met beide handen vast terwijl hij loopt.
Gebruik een stevige greep. Omsluit de grepen altijd
met duim en vingers.
•
Zorg ervoor dat alle veiligheidsvoorzieningen aanwezig
zijn. Zorg ervoor dat ze goed functioneren.
•
Zorg dat u niet te ver reikt of zaagt boven
schouderhoogte.
•
Zorg er altijd voor dat u stevig staat en goed in balans
bent.
•
Sta een weinig aan de linkerzijde van de zaag. Hierdoor
is uw lichaam niet in een directe lijn ten opzichte van
de ketting.
•
Pas op dat de punt van het zwaard nergens mee in
aanraking komt terwijl de ketting in beweging is.
•
Probeer niet twee blokken tegelijk door te zagen. Zaag
een blok tegelijk.
•
Probeer niet de punt van het zwaard in het hout te
begraven (boren in houtmet de punt van de zaag).
•
Wees bedacht op bewegende takken of andere
krachten die de zaagsnede kunnen dichtknijpen of met
de ketting in aanraking kunnen komen.
•
Ga zeer voorzichtig te werk wanneer u verder gaat
zagen in een eerder gemaakte zaagsnede.
•
Gebruik alleen de ketting en de kettinggeleider met
NL