2. Draai de temperatuurregelaar om de gewenste temperatuur te selecteren.
•
Het ovencontrolelampje brandt.
•
Voordat u voedsel in de oven plaatst, is het aanbevolen om de oven
gedurende 10 minuten voor te verwarmen.
3. Het controlelampje dooft uit eenmaal de geselecteerde temperatuur wordt
bereikt.
4. Om de oven uit te schakelen, draai de functieschakelaar en de
temperatuurregelaar naar de stand UIT.
46
UIT